1H/V - Chapitre 3 - Kloktijden oefenen

1H/V - Chapitre 3 - Kloktijden oefenen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

1H/V - Chapitre 3 - Kloktijden oefenen

Slide 1 - Slide

Kloktijden

Slide 2 - Slide

Il est cinq heures.
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.

Slide 3 - Quiz

Il est midi.
A
Het is 12 uur 's nachts.
B
Het is 12 uur 's middags.

Slide 4 - Quiz

Il est trois heures et demie.
A
Het is half 3.
B
Het is half 4.

Slide 5 - Quiz

Il est midi et demi.
A
Het is half 1.
B
Het is half 12 's middags.
C
Het is half 12 's nachts.

Slide 6 - Quiz

Il est quatre heures moins le quart
A
Het is kwart over 4.
B
Het is half 4.
C
Het is kwart voor 4.
D
Het is kwart voor 3.

Slide 7 - Quiz

Il est huit heures et quart.
A
Het is 8 uur.
B
Het is 10 over 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.

Slide 8 - Quiz

Welke tijd is het vroegst?
A
sept heures et quart
B
sept heures et demie.
C
sept heures moins le quart

Slide 9 - Quiz

Vertaal de kloktijd naar het Frans:
het is drie uur

Slide 10 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is half vier

Slide 11 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart voor zes

Slide 12 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is 12 uur 's nachts.

Slide 13 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
kwart over 12 's middags

Slide 14 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
il est minuit moins le quart

Slide 15 - Open question

Vertaal de kloktijd naar het Frans:
het is één uur.

Slide 16 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart voor zeven.

Slide 17 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart over negen.

Slide 18 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart over twee.

Slide 19 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is half tien.

Slide 20 - Open question

Zet de tijden van vroeg naar laat:
(sleep blauw over rood)
1
2
3
4
5
il est sept heures et quart
il est trois heures et demie
il est midi
il est trois heures et quart
il est minuit et quart

Slide 21 - Drag question