Kapitel 6 week 10 les 2

1 / 10
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Was werden wir machen?
  • Lernliste: overhoren/ nieuwe woorden doornemen
  • Herhalen grammatica: werkwoorden met d of t in de stam
  • Uitleg voltooid deelwoord
  • Opdrachten maken en nakijken

Slide 2 - Slide

Vertaal de woorden in het Duits
  • Antworten:
  • ob
  • die Stadt-die Städte
  • die Ferien
  • reiten-geritten
  • mit
  • sonntags

Slide 3 - Slide

Werkwoorden met een d of een t in de stam
Hoe maak je een regelmatig werkwoord?

  • Pak de stam en schrijf die op:
  • Spielen: spiel 
  • Zet de juiste eindletters er achter ich spiele/ du spielst / er spielt wir spielen/ ihr spielt/ sie spielen

Slide 4 - Slide

Wat gebeurt er bij een werkwoord met een d of een t in de stam?
Eindigt de stam op een d of een t .....
  • krijg je bij du, er, sie, es en ihr een extra e
  • reden stam= red
  • ich rede                                              e
  • du redest                                        E st
  • er redet                                            E t
  • wir reden                                            en
  • ihr redet                                           E t
  • sie reden                                             en

Slide 5 - Slide

Grammatik stam d/t
Geef antwoord in je schrift:
  • finden:  ......  er Cola lecker?
  • antworten: Warum .... sie nicht?
  • reden: Du ... zu laut.
  • kosten: Was ... das Schlagzeug?
  • arbeiten: Ihr ...  8 Stunden pro Tag ?

Slide 6 - Slide

Het voltooid deelwoord van een zwak werkwoord

  • Geef een voorbeeld van een voltooid deelwoord
  • Ik heb gefietst / Jij hebt gerend/ Hij heeft gehuild
 
  • In het Nederlands een d of t.
  • In het Duits een t
  • ge + stam+ (e)t
  • Er staat een vorm van hebben of zijn voor. Het is dus al geweest.
This video is no longer available
Welke video was dit?
tm 1.48

Slide 7 - Slide

Maak het voltooid deelwoord
  • spielen: Ich habe .....
  • weinen: Er hat .....
  • wohnen: Wie lange hast du hier .....?
  • Stam d of t, nu een extra...?
  • reden: Er hat mit mir .....?
  • kosten: Wieviel hat die Gitarre ........?

  • Antworten:
  • gespielt
  • geweint
  • gewohnt
  • e
  • geredet
  • gekostet

Slide 8 - Slide

Maken
Uitleg Aussprache Vokale

  • Grammatik Seite 18+ Übung 10 ,11
  • Sprechen Seite 20: online: Übung 13, 14
  • Klaar? Leer je woordjes tot we gaan nakijken in je boek of met slim stampen
timer
4:00

Slide 9 - Slide

Huiswerk
ND tm 's zondags
DN A Hören C Lesen

Slide 10 - Slide