nieuwe les

vervolg 3.4
1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

vervolg 3.4

Slide 1 - Slide

Leerdoel
- Wat is absolutisme en welke kritiek kwam daarop?

Slide 2 - Slide

Standenmaatschappij
  • Sinds de middeleeuwen was de Franse samenleving verdeeld in 3 standen: 'bidders, strijders en werkers'

  • Over deze verdeling kon niet worden getwijfeld: God had dit zo bepaald.

Slide 3 - Slide

De 1e stand
  • De geestelijkheid: de mensen van de kerk. Zij zorgden dat de mensen in de hemel zouden komen. De hoge geestelijken woonden in grote paleizen en hadden vooral rechten (en maar weinig plichten).

  • De geestelijken bezaten veel grond: het waren grootgrondbezitters

Slide 4 - Slide

De 2e stand

  • De edelen: de mensen van adel. Zij zorgen voor het bestuur en de verdediging van het land. Zij woonden in grote paleizen en hadden vooral rechten (en maar weinig plichten).

  • De koning vertrouwde hen niet: daarom mochten (moesten!) ze bij hem in de buurt wonen. Zo kon hij ze in de gaten houden.



Slide 5 - Slide

De 3e stand
  • De boeren en de burgers. Eigenlijk iedereen die niet bij de 1e of 2e stand hoorde. Daarom waren er in de 3e stand ook grote verschillen. Zo had je de rijke burgerij. Dit waren mensen met een eigen bedrijf of een diploma.

  • De 3e stand had alle plichten: zij moesten bijvoorbeeld wél belasting betalen.



Slide 6 - Slide

L'État, c'est Moi = De staat, dat ben ik!

  • De wil van de koning is wet. Dit noem je absolutisme. 
  • De koning hoeft aan niemand verantwoording af te leggen. 
  • Deze macht is door god gegeven: (goddelijk recht, Droit Devin)
  • Adel: leefde in paleis Versailles. Koning beloonde hen. Zo hield hij in zijn macht.

Slide 7 - Slide

Standensamenleving

Slide 8 - Slide

Onvrede binnen de derde stand!
  • 1e/2e stand hadden veel privileges
       Vrijstelling van belastingen

  • 3e stand had het zwaar: 
- boeren arm, ook werken voor de adel,
oogt kon tegenvallen.
- ambachtslieden verdienen weinig

Oneerlijkheid:  3e stand moest belasting betalen, maar mocht niet meebeslissen!

Slide 9 - Slide

Misoogst
1788

  • Door mislukte oogsten waren de graanprijzen (en dus ook de prijs van brood) enorm gestegen. Er ontstonden zelfs hongersnoden.

  • Ondertussen moest de 3e stand wél veel belasting betalen.

Slide 10 - Slide


Frankrijk gaat failliet
mei 1789


  • Feesten, paleizen, bestuur en oorlogen kosten heel veel geld, maar het geld is op. 
  • Koning Lodewijk XVI wil graag meer geld hebben, en roept daarom (voor het eerst in 175 jaar) de Staten-Generaal bij elkaar. De vergadering van de 3 standen.

Slide 11 - Slide

  • De 3e stand hoopt dat de koning nu eindelijk eens naar hen zou luisteren: verlaging van de belasting en/of afschaffing van de privileges. 
  • Helaas: er gebeurt erg weinig. Dit komt ook omdat er per stand wordt gestemd. En de koning heeft altijd de adel en de geestelijkheid mee.

  • De leiders van de 3e stand zijn boos en teleurgesteld, en lopen weg...

Slide 12 - Slide