1. de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld een nieuwsbericht of achtergrondartikel
2. de lezer instructies geven: uitleggen hoe iets werkt of hoe hij iets moet doen, bijvoorbeeld een gebruiksaanwijzing.
Slide 4 - Slide
Informatieve teksten
De schrijver kan behalve tekst ook grafieken en tabellen gebruiken om informatie over te brengen.
• Doel: informatie op een andere manier weergeven.
• Voorbeelden van grafieken: lijndiagram, staafdiagram en cirkeldiagram.
Slide 5 - Slide
Tekstverbanden en signaalwoorden
oorzaak-gevolg: doordat, hierdoor, met als gevolg
doel-middel: waarmee, door middel van, om te
conclusie of samenvatting: dus, dan ook, kortom
Slide 6 - Slide
Zelfstandig opdrachten maken
Lees de leerteksten over Informatieve teksten en Signaalwoorden.
Daarna:
Maak opdracht 1 t/m 7 van Lezen H4.3
Slide 7 - Slide
timer
5:00
Slide 8 - Slide
Lesuur 4: Fictie
Slide 9 - Slide
Schrijfopdracht: Als Angel 25 jaar is (Opdr. 12A)
Schrijf een slothoofdstuk waarin duidelijk wordt hoe het leven van Angel eruitziet nu ze 25 is. Wat is er gebeurd in haar leven? Hoe gaat het met haar moeder? Wat voor werk doet ze? Zijn zij en Kayleigh bij elkaar?