2TL Europa (h3)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 3:

Europa

Europese Unie

• Vrede, welvaart, vrijheid
• 28 landen

- Veel verschillen

- Steeds meer samenwerking

Europese integratie

• Arbeidsmarkt
• Afzetmarkt
• Vrij verkeer van goederen, personen, kapitaal, diensten
• Voordeel als handelsland:

       - Handelen / samenwerken zonder grenzen

Wel steeds meer beslissingen door Europa

Regionale ongelijkheid

• Verschillen in welvaart (tussen / binnen landen)
• Communisme / kapitalisme

Oost-Europa steeds meer bij EU --> grotere regionale ongelijkheid.

Rond (hoofd)steden snellere groei --> grotere regionale ongelijkheid

Vestigingsfactoren

• Vroeger bij delfstoffen
• Nu op andere plekken:

       - Goede verbindingswegen

       - Afzetmarkt

       - Arbeidsmarkt

       - Aanwezigheid andere bedrijven

Footloose

Inertie

Spreiding

• Kerngebied (industrie / diensten)
• Overgangszone
• Periferie (weinig / geen industrie / diensten), ongunstig voor bedrijfsvestiging.

Toekomst?

• Extra geld naar achtergebleven regio's (periferie).
• Regionaal beleid --> ongelijkheid bestrijden.
• Periferie = armer (BRP lager)
• Andere gebieden investeren in werk / onderwijs.

• NIET blijven richten op landbouw, maar op kenniseconomie
• Goed opgeleide bevolking --> nieuwe ontwikkelingen inzetten

Wat is verkeer?

1. Met de auto naar school
2. Verplaatsing van de ene naar de andere plaats
3. Alles waarmee je je kunt verplaatsen
4. Met het vliegtuig op vakantie.

Wat is vervoer?

1. Met de auto op vakantie
2. Transport van goederen, menen, energie en data
3. Verplaatsing van de ene naar de andere plaats.
4. Auto, vliegtuig, trein, boot

Wat is infrastructuur?

Hubs en Spokes

Hub: Verkeersknooppunt waar passagiers overstappen of vracht overgeladen wordt.

Spokes: Alles verkeerst- en transportstromen van en naar een verkeersknooppunt of hub.

Vervoersbeleid

• Vervoer tussen landen moet ook goed.
• Trans-Europese Netwerken (TEN).

Problemen:

• Congestie
• Afhankelijkheid olie verminderen
• Uitstoot broeikasgassen verlagen
• Infratstructuur ontwikkelen
• Concurrentievermogen verbeteren.