Hoofdstuk 3 paragraaf 1

Energie en klimaatverandering



Hoofdstuk 3
Paragraaf 1
1 / 54
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Energie en klimaatverandering



Hoofdstuk 3
Paragraaf 1

Slide 1 - Slide

planning les
Tekst start gelezen? 
Doelen bij de paragraaf
theorie doornemen

Huiswerk
verder kijken naar Leonardo.


Slide 2 - Slide

Tekst bij start gelezen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Doelen bij deze paragraaf
  • Wat zijn de belangrijkste vormen van energie?
  • Wat is de betekenis van fossiele energiebronnen?
  • Wat zijn de gevolgen van het gebruik van fossiele energie   voor de atmosfeer?
  • Wat zijn voorbeelden van klimaatverandering in Nederland?

Slide 5 - Slide

Energie

Slide 6 - Mind map

Even kijken naar het verleden
https://media.hhmi.org/biointeractive/earthviewer_web/earthviewer.html

weten we het nog? Jaar 1, aardplaten die verschoven?

Slide 7 - Slide

Wat zijn de belangrijkste vormen van energie?
1. Steenkool

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wat zijn de belangrijkste vormen van energie?
2. Aardolie

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Wat zijn de belangrijkste vormen van energie?
2. Aardgas

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Bereken je energie footprint hier

Slide 19 - Slide

Huiswerk
Maken: 
HFD 3, paragraaf 1 
Opdracht 1 t/m 4

En bereken je energie voetafdruk. 

Slide 20 - Slide

Zet in de goede volgorde

Slide 21 - Drag question

Hoe is steenkool ontstaan?

Slide 22 - Open question

Wat is de betekenis van fossiele energiebronnen?

Slide 23 - Open question

Wat is de betekenis van fossiele energiebronnen?
Fossiele energiebronnen

Slide 24 - Slide

Wat zijn de gevolgen van het gebruik van fossiele energie voor de atmosfeer?
Zonder fossiele brandstoffen was het hoge ontwikkelingspeil van Nederland (en veel andere landen) niet mogelijk geweest.

Slide 25 - Slide

Belang fossiele energiebronnen

Slide 26 - Mind map

Wat zijn de gevolgen van het gebruik van fossiele energie voor de atmosfeer?
Versterkt broeikaseffect

Slide 27 - Slide

Atmosfeer
Samenstelling atmosfeer

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Huiswerk
Maken: 
HFD 3, paragraaf 1 
Opdracht 5 t/m 10 
Atlasvraag: 10 ookal heb je geen atlas --->   LEVE GOOGLE!

En bereken je energie voetafdruk (als je dat nog niet gedaan hebt) Uploaden in de gedeelde lessonUp. Extra opdracht § 1

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Energie en klimaatverandering



Hoofdstuk 3
Paragraaf 1, deel 2

Slide 35 - Slide

B52 Wind

Slide 36 - Slide

B73 Aardbevingen

Slide 37 - Slide

B125 Koolstofkringloop

Slide 38 - Slide

B126 Versterkt Broeikaseffect

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video

B127 klimaatverandering

Slide 41 - Slide

Aan de slag
Maken:
paragraaf 1

Opdracht 4, 5, 6, 7, 9
Atlasvraag: -

Deze les niet af? HW voor de volgende les!

Slide 42 - Slide

Nakijken opdracht 1
a Eigen antwoord leerling, bijvoorbeeld:
      1 elektriciteit: lampen in huis
      2 gas: koken
      3 benzine: autorijden

 b Er is alleen natuurlijk daglicht en natuurlijke warmte: het is dus donkerder en kouder. Je kunt niet koken op een fornuis en geen voertuigen gebruiken op energie. Een dag zonder energie maakt dus veel onmogelijk.

 c fossiele brandstoffen (Toelichting:
  figuur 1: elektriciteit (voor een deel duurzaam); figuur 3: aardolie; figuur 4: aardgas.)

Slide 43 - Slide

Nakijken opdracht 2
a   1 fossiele brandstoffen
     2 duurzame energiebronnen

b Fossiele brandstoffen maken het hoge ontwikkelingspeil en de welvaart van Nederland mogelijk.

Slide 44 - Slide

Nakijken opdracht 3
a invoer en uitvoer: aardolie belangrijker dan aardgas; de productie van Nederland zelf: aardgas veel belangrijker dan aardolie; in verbruik (W2) is aardgas iets belangrijker dan aardolie.
 b We produceren het zelf naar verhouding weinig.
 c Zie W2.
 d Ongeveer 12% van de elektriciteit is duurzaam.
 e steenkool, aardgas en duurzame energiebronnen
 f aardgas
 g In Nederland wordt veel aardgas gewonnen en daardoor gebruiken we het ook meer.
 h Ja, want er wordt meer energie verbruikt dan dat er gewonnen wordt.

Slide 45 - Slide

Nakijken opdracht 8
a De gemiddelde jaartemperatuur is toegenomen.
b Meer koolzuurgas -> meer vastgehouden zonnewarmte ->     
    hogere temperaturen
-> versterking van klimaatverandering 
c overstromingen 
d Nederland ligt voor een groot deel onder de zeespiegel.

Slide 46 - Slide

Nakijken opdracht 10
a Daar wordt veel aardgas gewonnen.

b In de Noordzee, Zuid-Holland, Drenthe en Groningen.

c De grootste elektriciteitscentrales liggen in de buurt van 
    plaatsen waar aardolie en aardgas wordt gewonnen.

Slide 47 - Slide

Aan de slag
Maken:
paragraaf 1

Opdracht 4, 5, 6, 7, 9
Atlasvraag: -

Deze les niet af? HW voor de volgende les!

Slide 48 - Slide

Energie en klimaatverandering



Hoofdstuk 3
Paragraaf 1, deel 2

Slide 49 - Slide

Nakijken opdracht 4
a De hoeveelheid koolzuurgas neemt af.
b Door verbranding van fossiele brandstoffen, ontbossing en 
    ademhalen.
c 1 kalk
   2 steenkool
   3 aardolie
d Mensen doen mee door de verbranding van fossiele brandstoffen en door aan akkerbouw te 
    doen (opname CO2 door fotosynthese).

Slide 50 - Slide

Nakijken opdracht 5
a Het houdt zonnewarmte vast.
b Verbranding van fossiele brandstoffen; dat zorgt voor een toename van CO2 in de atmosfeer.
c Voorbeelden van antwoorden:
    Figuur 4.32: de koolstofkringloop die zich overal op de wereld afspeelt.
    Figuur 4.33: rampen als deze komen voor in verschillende gebieden in de wereld.
    Figuur 4.34: de hoge CO2-uitstoot in veel landen heeft effect op mondiale schaal.
    Figuur 4.35: het versterkte broeikaseffect verspreidt zich over de hele wereld.

Slide 51 - Slide

Nakijken opdracht 6

Slide 52 - Slide

Nakijken opdracht 7
a Nee, klimaatverandering is vaker voorgekomen (bijvoorbeeld de ijstijden).

b Die wordt veroorzaakt door het versterkte broeikaseffect, dus door mensen.

c Het smelten van de ijskap op de Noordpool.

Slide 53 - Slide

Nakijken opdracht 9
De aardbevingen in Groningen ontstaan door het inzakken van het zandsteen en niet omdat platen langs elkaar of onder elkaar schuiven.

Slide 54 - Slide