Schrijfstijl les 2 o.b.v. module Schrijfstijl van Jeroen Steenbakkers

Welkom
Pak je spullen er vast bij:
leesboek, syllabus schrijfstijl en pen, markeerstift.


1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
Pak je spullen er vast bij:
leesboek, syllabus schrijfstijl en pen, markeerstift.


Slide 1 - Slide

Lezen
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Terugkijken naar H1

Slide 3 - Slide

nakijken mail van Wendy
(feedback geven)
Mail 1: 
  • Is het mailtje beleefd?
  • Staat er in het mailtje dat de schrijver geen schorsing of straf wil?
  • Wordt duidelijk uit het mailtje dat de schrijver het allemaal erg overdreven vindt?

Mail 2:
  • Wordt er uitgelegd wat de reden is van het te laat inleveren van de boeken?
  • Wordt duidelijk in de mail dat de schrijver alle problemen wil oplossen?
  • Worden er excuses aangeboden om zo de relatie weer te herstellen?

Is de toon passend?
Is de mail duidelijk en concreet?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Lesdoel bij H22
  • Je weet hoe je een tekst duidelijk en aantrekkelijk kunt schrijven en rekening kunt houden met samenhang en woordvariatie.
  • Je leert twee stijlstrategieën kennen die je helpen bij het duidelijk en aantrekkelijk kunnen schrijven.

Slide 6 - Slide

Introductie-opdracht: lezen
(blz. 14)
Verwijswoorden - signaalwoorden > samenhang of coherentie

Theorie doornemen: gezamenlijk, markeer/onderstreep wat belangrijk is. 

Slide 7 - Slide

Welke tekst leest prettiger? Leg ook uit waarom.

Slide 8 - Open question

Schrijven: Welke signaalwoorden zie je?
Algen worden nu nog als luxeproduct geserveerd, maar in de toekomst gaan we ze veel meer eten. De productie van algen is namelijk goedkoop. De groene eiwitbommetjes groeien snel en hebben maar weinig voedsel nodig. Er worden nu al speciale boerderijen gemaakt voor de algenproductie.

Slide 9 - Slide

Samenhang
Signaalwoorden dragen sterk bij aan de duidelijkheid van je teksten, omdat je het verband aangeeft tussen zinnen.

Slide 10 - Slide

Uitleg
We lezen samen paragraaf 4 en 5 (pag. 15).
Markeer wat van belang is!

Slide 11 - Slide

Zorg dat de twee zinnen verband met elkaar krijgen.

Marianne heeft veel geoefend. Zij heeft haar theorie-examen niet gehaald.

(Je mag de woordvolgorde iets aanpassen als je dat nodig vindt).

Slide 12 - Open question

Zorg dat de twee zinnen verband met elkaar krijgen.

Ik hoop dat we voor morgen geen huiswerk krijgen. Vanmiddag ga ik naar de verjaardag van mijn oma.

(Je mag de woordvolgorde iets aanpassen als je dat nodig vindt).

Slide 13 - Open question

Duidelijke taal: samenhang (signaalwoorden)

Slide 14 - Slide

Theorie
Duidelijke taal: woordvariatie (verwijswoorden, synoniemen en omschrijvingen)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Verwerkingsopdracht 2-4

Slide 17 - Slide

Nu jullie

Slide 18 - Slide

Dossieropdracht 2: in Kwizl
De fietsersbond is een vereniging die als doel heeft om de omstandigheden voor fietsers zo goed mogelijk te maken. Jij gaat voor de fietsersbond een korte webtekst schrijven.


Slide 19 - Slide

Vragen?

Slide 20 - Mind map

Syllabus H2
2-5 en 2-6 afronden
Klaar? Dan kun je nog lezen uit je leesboek

Slide 21 - Slide