This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Lezen
Tijdens het lezen ben je stil en lees je echt.
timer
7:00
Slide 1 - Slide
non verbale communicatie
Slide 2 - Slide
Zag je vanaf het begin van de les bij je docent verbale of non -verbale communicatie?
A
Verbale communicatie
B
Allebei
C
Non verbale communicatie
Slide 3 - Quiz
Verbale of non-verbale communicatie, wat heeft de meeste informatie waarde?
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Filmfragmenten non-verbale communicatie
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Voorbeelden van non verbale communicatie
Slide 8 - Slide
Lichaamstaal of -houding
Onze lichaamstaal of -houding, bewegingen en gezichtsuitdrukkingen kunnen veel vertellen over wat we voelen of bedoelen. Bijvoorbeeld, iemand die met gekruiste armen staat, kan gesloten of defensief lijken, terwijl iemand met open armen meer uitnodigend overkomt.
Slide 9 - Slide
Handbewegingen en gebaren
Handbewegingen en gebaren kunnen specifieke boodschappen overbrengen. Een duim omhoog kan bijvoorbeeld betekenen dat iets goed is, terwijl een schouderophalen kan aangeven dat iemand onverschillig is.
Slide 10 - Slide
Gezichtsuitdrukking
Onze gezichtsuitdrukkingen, zoals glimlachen, fronsen, lachen of huilen, zijn krachtige manieren om emoties uit te drukken.
Slide 11 - Slide
Oogcontact
De manier waarop we iemand aankijken, of we wel of geen oogcontact maken en hoe lang we dat doen, kan aangeven of we geïnteresseerd, verlegen, zelfverzekerd of ongemakkelijk zijn.
Slide 12 - Slide
Aanraking
Fysiek contact, zoals een handdruk, een knuffel, een klap op de schouder of een tik op de rug, kan verschillende boodschappen overbrengen, van vriendelijkheid tot troost.
Slide 13 - Slide
Toon van onze stem
Hoewel dit de stem betreft, wordt het als non-verbaal beschouwd. De manier waarop we praten, ons volume, tempo en intonatie kunnen onze emoties en bedoelingen weerspiegelen.
Slide 14 - Slide
Kleding en uiterlijk
Hoe we ons kleden en onze persoonlijke verzorging kunnen veel zeggen over onze identiteit, status, smaak en zelfs onze stemming.
Slide 15 - Slide
Ruimte en afstand
Hoe dichtbij we bij anderen staan of hoe ver we van ze af bewegen, kan betekenis hebben.
Slide 16 - Slide
Tijd
De manier waarop we onze tijd beheren, zoals op tijd komen of te laat komen, kan ook non-verbale signalen verzenden over onze waardering voor anderen.
Slide 17 - Slide
Symbolen en tekens
Soms gebruiken we symbolen, zoals duimen omhoog of omlaag, om snel onze mening over iets te communiceren.
Slide 18 - Slide
A
geschrokken
B
bang
C
blij
D
boos
Slide 19 - Quiz
A
Moe
B
boos
C
hoofpijn
D
nadenken
Slide 20 - Quiz
A
Boos
B
Blij
C
Hoofdpijn
D
verward
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Slide
Welke non verbale communicatie zag je?
A
lichaamshouding
B
symbolen en tekens
C
tijd
D
kleding en uiterlijk
Slide 23 - Quiz
welke uitspraak past het beste bij non verbale communicatie
A
zorgt nooit voor verwarring
B
kan je op het verkeerde been zetten
C
geeft duidelijk aan wat je bedoelt
D
is voor een enkeling te snappen
Slide 24 - Quiz
non verbale communicatie is het beste geschikt voor
A
standpunten
B
ideeën
C
gevoelens
D
informatie
Slide 25 - Quiz
Welk signaal is non-verbaal?
A
Schelden
B
Klagen
C
Wenkbrauwen fronsen
D
Roepen
Slide 26 - Quiz
Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie?