Executieve functies

• Mentoraat
• MBO
• Studiejaar 1

Executieve functies:

Programma & Lesdoelen  

• Hoe zitten jullie erbij? 
• Uitleg executieve functies
• Hoe zit het met jouw executieve functies?

Lesdoelen:

-   Je weet wat executieve functies zijn

-   Je weet wat jouw sterkst en zwakst ontwikkelde executieve functies zijn

-   Je weet wat groeitorens en leerkuilen zijn.

-   Je hebt een plan gemaakt om proactief jouw executieve functies te ontwikkelen.

Filmpje bekijken tot 4.48 minuten.

Studenten dienen zich op de inhoud van het filmpje te richten. 

Wat vinden de studenten van het filmpje?

Wat hebben zij gezien? Wat is ze opgevallen? Wat is de kern van verhaal?

Opdracht

Vul de vragenlijst voor jezelf in.

Noteer ook:

- je sterkst ontwikkelde executieve functies (laagste score)

- je zwakst ontwikkelde excutieve functies (hoogste score)

Filmpje vervolgen vanaf 4.48 minuten.

Welke vragen hebben de studenten?
Wat is de kern van verhaal?

Welke tips spreken jou het meest aan?

OP welke manier denk jij dit toe te kunnen passen?

Op welke manier kan jou dit helpen bij je opleiding?

EXECUTIEVE FUNCTIES

Respons-inhibitie

Werkgeheugen.

Emotieregulatie.

Volgehouden aandacht.

Taakinitiatie.

Planning/prioritering.

Organisatie.

Timemanagement

Flexibiliteit

Doelgericht doorzettingsvermogen

Metacognitie

REACTIE-INHIBITIE

Het vermogen om na te denken voor

je iets doet; de vaardigheid om een 

reactie uit te stellen of tegen te 

houden.

Filmpje: je mag niet van die marsmallow eten tot dat ik terug ben. 

WERKGEHEUGEN

De vaardigheid om informatie in het geheugen te houden bij het uitvoeren van complexe taken.

EMOTIEREGULATIE

Het vermogen om emoties te 

reguleren.

VOLGEHOUDEN AANDACHT

De vaardigheid om aandacht te blijven schenken aan een taak, ondanks afleiding, vermoeidheid of verveling.

TAAKINITIATIE

Het vermogen om zonder uitstel aan een taak te beginnen.

PLANNING

Het vermogen om een plan te bedenken om een taak te voltooien.

ORGANISATIE

Het vermogen om dingen volgens een bepaald systeem te arrangeren of te ordenen.

TIMEMANAGEMENT

Het vermogen om in te schatten hoeveel tijd we hebben en hoe we die kunnen indelen.

FLEXIBILITEIT

De vaardigheid om plannen te herzien als zich belemmeringen of tegenslagen voordoen.

DOORZETTINGSVERMOGEN

Het vermogen om een doel te formuleren en dat te realiseren.

METACOGNITIE

Het vermogen om een stapje terug te doen om jezelf en de situatie te overzien, om te bekijken hoe je een probleem aanpakt.

GROEITORENS

SNEL STARTEN

GOED PLANNEN

GOED DOORWERKEN

ONTHOUDEN EN TOEPASSEN

DOORZETTEN BIJ MOEILIJKE TAKEN

DOELEN BEREIKEN

We hebben het eerder gehad over de trap naar succes.

Pro-actief en re-actief reageren, cirkel van invloed. 

Herkenbaar?

Herken jij jezelf hier in??

Heb jij vandaag nieuwe dingen geleerd die toepasbaar zijn?

Ja

Nee

Opdracht

Met de kennis die je vandaag hebt opgedaan ga je nogmaals je POP bekijken en bijstellen.