Nederland in 1550

Nederland in 1550
1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nederland in 1550

Slide 1 - Slide

Welke veranderingen wilde Maarten Luther in de kerk?

Slide 2 - Mind map

Leg het verschil uit tussen de katholieken en de protestantse kerk?

Slide 3 - Open question

Begrip: Ketterijen
Speciale kerk rechtbank voor monniken
Gevolgen
Alles wat geen onderdeel is van het katholieke geloof
Begrip: Inquisitie
Uiteenvallen kerk
Godsdienstige onverdraagzaamheid
1 godsdienst

Slide 4 - Drag question

Waar gaat de les over?
  • Voorkennis ophalen
  • Leerdoelen
  •  Uitleg Nederland in 1550
  • Aan het werk
  • Terugkoppeling

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
  • Je benoemt gevolgen van de Reformatie.​
  •  Je noemt de oorzaken van de Nederlandse opstand.

Slide 6 - Slide

Nederland in 1550
Nederland bestond rond 1550 uit Gewesten
Gewest = zelfstandige staat met als hoofd een heer (De Heer had niet alles te vertellen)
De gewesten werkte samen met elkaar in de Gewestelijke Staten (vergadering van de Adel, geestelijke en burgerij van de gewesten)
De heer moest ook vergaderen met de gewesten en deed dit in de Staten-Generaal in Brussel
Als de heer niet in Nederland was stelde hij/zij een plaatsvervanger (landvoogd/landvoogdes)




Slide 7 - Slide

Karel V
  • Karel machtigste Europa rond 1515 tot 1555
  • Karel wilde twee dingen bereiken



  • Filips II (zoon) volgde vader op met dezelfde ideeën
  • Filips II verhuisde naar Spanje, halfzus Margaretha van Parma werd landvoogdes
  1. Besturen vanuit Brussel (1 plek)
  2.  Centraliseren
  3. Iedereen katholiek (Nederland had veel protestanten)

Slide 8 - Slide

Beeldenstorm
  • In 1566 brak de Beeldenstorm uit 

  • Filips was woedend, nieuwe landvoogd
  • Hertog van Alva 
  • Hij had de volgende 3 opdrachten:
  • Mensen waren ontevreden over het bestuur
  1. Opstandelingen straffen 
  2. Iedereen moest katholiek zijn
  3. Sterke centralisatie van bestuur

Slide 9 - Slide

Leerdoelen
  • Je legt de begrippen ‘Reformatie en aflaat’ uit.
  • Je benoemt oorzaken van de Reformatie.
  • Je benoemt gevolgen van de Reformatie.
  • Je noemt de oorzaken van de Nederlandse opstand.

Slide 10 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Werken in de learning portal week 18
  •  Ander vak

Slide 11 - Slide

Leg uit wat de Beeldenstorm was

Slide 12 - Open question