LB_ belasting

Belastingen
Aan het eind van de les:
  • weet je wat belastingen zijn.
  • weet je waarom de belasting er is.
  • weet je waar je recht op hebt en hoe je dit kunt checken.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
KokMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Belastingen
Aan het eind van de les:
  • weet je wat belastingen zijn.
  • weet je waarom de belasting er is.
  • weet je waar je recht op hebt en hoe je dit kunt checken.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Betaal jij belasting en zo ja welke?

Slide 3 - Open question

wat word er met het belasting geld gedaan?

Slide 4 - Open question

Iedereen betaald belasting
In Nederland betaalt iedereen belasting aan de overheid.

Voorbeelden zijn:


  • Btw (belasting toegevoegde waarde): dit betaal je over de spullen en diensten die je koopt.
  • Accijns: een vorm van belasting waarmee de overheid het minder aantrekkelijk maakt om bepaalde producten te komen. Denk aan alcohol of sigaretten.

Slide 5 - Slide

Directe vs. Indirecte belasting
Er zijn twee soorten belastingen:

 

  • Directe belasting: je betaalt dit rechtstreeks aan de Belastingdienst. Bijvoorbeeld loonbelasting.
  •  Indirecte belasting: dit is verwerkt in de prijs van een product. Bijvoorbeeld btw.

Slide 6 - Slide

Belastingaangifte

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Checklist belastingaangifte doen
Klaar om belastingaangifte te doen?

 

  •  Ik weet of ik geld terug kan krijgen;
  •  Ik heb mijn jaaropgave, studiekosten/studiefinanciering bij de hand;
  •  Ik weet mijn Burgerservicenummer;
  •  Ik heb weet waar op de website ik aangifte kan doen.

Slide 9 - Slide

Aan de slag
Dit is het einde van het klassikale deel ‘Belastingen’. Je gaat nu individueel verder met de opdrachten:


  •  Wat hoort erbij?
  •  Soorten belastingen
  •  Invoeren
  •  Teruggave
  •  Snel verdiend

Slide 10 - Slide

Afsluiting
Dit is het einde van de les. Nu:


  1.  Weet je wat belastingen zijn.
  2.  Weet je waarom de belasting er is.
  3.  Weet je waar je recht op hebt en hoe je dit kunt checken.

Slide 11 - Slide