TT, duurvorm TT en toekomende tijd

3B1
April 2021
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

3B1
April 2021

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Today
     Uitleg toekomst / future
     Kijkvaardigheid

Slide 3 - Slide

Toekomst / future
Vandaag ga je leren hoe je kunt vertellen dat iets in de toekomst gaat gebeuren.

Welke manieren ken je al?

Slide 4 - Slide

Toekomst / future
Je krijgt 4 manieren om te vertellen dat iets in de toekomst gaat gebeuren.

Elke manier heeft zijn eigen manier waarom je die moet gebruiken.

Slide 5 - Slide

Toekomst / future
Manier 1: Present simple (shit-regel)
                 
Manier 2: Present continuous (ing-vorm)
                 
Manier 3: going to + ww
                
Manier 4: will + ww

Slide 6 - Slide

Toekomst / future
Manier 1: Present simple (shit-regel)
                 feiten, gewoontes, schema's & roosters
Manier 2: Present continuous (ing-vorm)
                 am/is/are + ww + ing. Nabije toekomst, plaats & tijd zijn
                  bekend
Manier 3: going to + ww
                als je (zo goed als) zeker weet dat iets gaat gebeuren
Manier 4: will + ww
                wanneer je iets belooft, aankondigt of besluit.

Slide 7 - Slide

Toekomst / future
Omdat je de eerste 2 manieren al kent gaan we het vooral hebben over manier 3 en 4.

Slide 8 - Slide

Toekomst / future met going to
De toekomst met going to gebruik je wanneer

Er een plan is dat (zo goed als zeker) doorgaat of iemand een voorspelling doet die zo goed als zeker doorgaat.

Slide 9 - Slide

Toekomst / future met going to
Hoe maak je de toekomst met going to?

Je gebruikt am/is/aregoing to + werkwoord.

vb. I am going to see Judith next Tuesday.
vb. Look at those dark clouds! It is going to rain.

Slide 10 - Slide

Toekomst / future met will
Wanneer gebruik je de toekomst met will?

De toekomst met will gebruik je als je iets belooft (promise)
of iets aankondigt (bijv. trouwen / baby enz.)

Slide 11 - Slide

Toekomst / future met will
Hoe maak je de toekomst met will?

Je gebruikt will + werkwoord.

vb. My sister will have a baby.
vb. I will always love you!

Slide 12 - Slide

Toekomst / future 
Waar moet je op letten:
Lees de zin:
Gaat het over een gewoonte/rooster?  ja --> present simple / shit-regel
Gaat het over afspraak die al snel is? ja --> am/is/are + ww + ing
Gaat het over een plan voor de toekomst? ja? am/is/are + going to + ww
Is het een belofte of aankondiging? --> Will + ww

Slide 13 - Slide

Toekomst / future 
We gaan oefenen met deze tijden.
Stepping stones online --> theme 5 onderdeel E: grammar.
Ben je klaar dat mag je verder gaan met F: Watching.

Zorg ervoor dat jouw scores minimaal 70% zijn.

Slide 14 - Slide

Toekomst / future 
Waar moet je op letten:
Lees de zin:
Gaat het over een gewoonte/rooster?  ja --> present simple / shit-regel
Gaat het over afspraak die al snel is? ja --> am/is/are + ww + ing
Gaat het over een plan voor de toekomst? ja? am/is/are + going to + ww
Is het een belofte of aankondiging? --> Will + ww

Slide 15 - Slide

Hulpmiddel: textbook page 78 (D stone 9) page 79 Grammar 10
Pak deze pagina's  erbij om de volgende opdrachten te kunnen maken.  D9, D10, E 12 en E 13 van H5  te maken vanuit de digitale methode. 

Succes!

Slide 16 - Slide