TaalCompleet B1 les 1.2

• NT2
• ISK

TaalCompleet B1 les 1.2

22. Bespreek samen

1. Kijk naar de plaatjes. Waar denk je aan bij het woord cultuur?

2. Wat weet jij over Nederland en de Nederlandse cultuur?

Wat is waar? 

A. In Nederland is vrijheid heel belangrijk. 

B. Nederlanders maken graag een afspraak als ze op bezoek gaan. 

C. Nederlanders zijn beleefd. 

D. In Nederland zorgen kinderen zelf voor hun zieke, oude ouders.

3. Is dit hetzelfde als in jouw cultuur?

33. 1 - In Nederland zie je veel water in

1. het landschap
2. de woestijn

33. 2 - In mijn huis heb ik geen ... voor mijn grote meubels.

1. ruimte
2. wapens

33. 3 - Ik wil niet ... over mijn problemen praten.

1. eenzaam
2. in het openbaar

33. 4 - Die vrouw wil ... in de geschiedenis van haar land.

1. heimwee krijgen
2. een rol spelen

33. 5 - Ik vind kennismaken met een andere ... heel interessant.

1. cultuur
2. gevangenis

33. 6 - Waarom ben je zo ...? Je hoeft niet meteen alles te zeggen.

1. direct
2. gastvrij

33. 7 - Wat is je ...? Ik houd veel van honden.

1. beleefd
2. lievelingsdier

33. 8 - Een stage is een ... van de opleiding zorg en welzijn.

1. onderdeel
2. beslissing

35 - Beantwoord de vragen

1. Wat eet je graag? (lievelingseten)
2. Wat heeft een agent altijd bij zich? (een wapen)
3. Zeg jij altijd wat je denkt? (direct)
4. Denk jij veel aan je land? (heimwee hebben)
5. Een man heeft veel geld gestolen. Waar moet hij naartoe? (de gevangenis)
6. Je buurman heeft geen familie. Hoe voelt hij zich? (eenzaam) 

Opdracht 38: zoek bij elkaar!

De cursist geeft

De vrouw maakt

Het kind heeft het

Het meisje wordt

De buitenlander krijgt

De werknemer gaat

koud

antwoord

heimwee

naar huis

lid van de sportclub

een fout

40.1 - De vrouw ... het erg warm

40.2 - De cursist ... een antwoord op de vraag.

40.3 - Ik ... een geweldig idee!

40.4 Kun jij dat probleem...?

40.5 - Ik ... pijn in mijn voet.

40.6 - Wil jij lid ... van een sportclub?

40.7 - Ze ... in september een kind.

40.8 - Ik ... haast!

Opdracht 41: Maak zinnen met de woorden

41. 1 - een beslissing

41. 2 - een fout

41. 3 - heimwee

41. 4 - zin

41. 5 - een afspraak

41. 6 - een baan

41. 7 - een opleiding

41. 8 - honger

40.1 - De vrouw ... het erg warm