Test question tags

Vul de tags in. Vergeet het vraagteken niet!
Voorbeeld: don't you?
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Vul de tags in. Vergeet het vraagteken niet!
Voorbeeld: don't you?

Slide 1 - Slide

question tags
We gebruiken question tags om bevestiging te vragen.

She doesn't like pizza, does she?
Ze houdt niet van pizza, toch?



Slide 2 - Slide

stappenplan
stap 1: herhaal het hulpwerkwoord uit de zin. 
(be - do - will - have - can)
Staat er geen hulpwerkwoord, dan gebruik je altijd een vorm van  to do.

Slide 3 - Slide

stap 2
Als het werkwoord in de eerste zin positief is, wordt deze negatief na de komma. 
She really loves playing hockey, doesn't she?

Als het werkwoord in de zin negatief is, wordt deze na de komma positief.
He doesn't like chocolate, does he?

Slide 4 - Slide

stap 3
Herhaal het onderwerp uit de zin zo kort mogelijk. Dus my father wordt dan kort he.

My father really loves reading books, doesn't he?

Slide 5 - Slide

Vul de juiste question tag in:
You are a student, ................

Slide 6 - Open question

Vul de juiste question tag in:
I will see you on Saturday,........

Slide 7 - Open question

Vul de juiste question tag in:
He walks home from school,.............

Slide 8 - Open question

Vul de juiste question tag in:
She's not sick, ................

Slide 9 - Open question

Vul de juiste question tag
I am late,........

Slide 10 - Open question

Vul de juiste question tag in:
You study for the test,........

Slide 11 - Open question

Vul de juiste question tag in:
They have got a new car, ........

Slide 12 - Open question

Vul de juiste question tag in:
Ruben won't be coming,.........

Slide 13 - Open question

Vul de juiste question tag in:
She misses her boyfriend,...................

Slide 14 - Open question

Vul de juiste question tag in:
That's a great idea,.................

Slide 15 - Open question

Vul de juiste question tag in:
Laura isn't a dancer,............

Slide 16 - Open question

Vul de juiste question tag in:
They live in Nijmegen,..........

Slide 17 - Open question

Vul de juiste question tag in:
You'll read this book,........

Slide 18 - Open question