3. Bedreigingen van de kerk van buitenaf Romeinen HV2

• Godsdienst
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Binnenkomst

Neem plaats op je vaste plek 

Telefoon in telefoonbak

Ipad ligt op de hoek van de tafel

Schrift en pen liggen op tafel

Docent overhandigt setje van gekleurde bekers

Ik ben deze dag gemotiveerd, ik bruis van energie?

1. Ja, kom maar op, ik wil leren!
2. Ja, alleen voel ik mij moe!
3. Nee, school is mokertjessaai!
4. Nee, ik zie uit naar de meivakantie!

Wat gaan we doen?

1. Toetsdatum benoemen
2. Wat je nodig hebt tijdens de les?
3. Terugblik
4. Leerdoelen
5. Instructie
6. Opdrachten maken
7. Afsluiting; huiswerk

Repetitie

Toetsdatum: 12 april 2019

Leerstof:

 Module de Vroege Kerk

Hfdst. 3 en 4

Wat je nodig hebt tijdens de les?

• Ipad 
• Module De Vroege Kerk
• Schrift voor het vak godsdienst
  
• Pen / etui  
  
• Huiswerkplanning 
  
• Huiswerk is geleerd 
  

Waarom vervolgden de Joden de christenen? Schrijf twee redenen op.

Wat ga je leren?

Leerdoelen: 

Je kunt uitleggen waarom en hoe de: 

de Romeinen de Christenen vervolgden.

Uitleg

Vervolging door de Romeinen

Uit : ‘de fakkel van het Woord, deel 1a,

Blz. 49 - 51

Aanleiding voor de christenvervolging

• Romeinen hadden hun eigen godsdienst. Christenen wilde zich niet voor deze goden buigen.
  
• De keizer, die is god. Hij is Kurios = Heer.
  
• Christenen waren door al de roddels verdacht. Keizer Nero beschuldigde de christenen voor de brand te Rome.
  

Aanleiding voor de christenvervolging

• Christenen deden niet mee met het offeren in de tempels aan goden en de keizer.
  
• Christenen hoorden bij een ander koninkrijk, ze waren dus vijanden.
  
• Antiochië – aardbeving. Dit was de schuld van de christenen. Zij hadden door hun ongehoorzaamheid de toorn van de goden over zich afgeroepen.
  

Keizers die wreed waren

Keizer Nero

• Wrede vervolger van christenen.
  
• Liet christenen als brandende fakkels in de toon plaatsen om een tuinfeest te verlichten.
  

Nero

Beschuldigde christenen van de brand te Rome

Keizer Nero

Branders voor de PC krijgen de naam NERO burning rom(e)

 Verwijst naar de brand van Rome.

Keizer Decius

• Keizer Decius 249-251 na Christus.
  
• Bepaalde iedereen in het Romeinse Rijk moest offeren aan de Romeinse goden.
  

Keizer Diocletianus

• Diocletianus – rond 300 na Christus.
  
• Bepaalde:
  
• Alle bisschoppen moesten hun werk stoppen.
  
• Alle bijbels werden vernietigd.
  
• Alle kerkgebouwen werden met de grond gelijkgemaakt.
  

Sterven voor Christus met de dood voor ogen

Plaatsen van foltering

Colosseum te Rome waar veel christenen de dood vonden en hun Heer in de hemel ontmoeten.

Gladiatoren

Christenen die het zonder wapens op moesten nemen tegen geoefende gladiatoren.

Kruisigingen

Het kruisigen was het meest wrede martelwerktuig, die de Romeinen hadden uitgevonden. Tegenstanders van het rijk werden gekruisigd.

Voor de leeuwen

Een geliefd schouwspel in de arena. Het verscheuren van mensen door leeuwen

Welke vaardigheden? Ik kan...

* werken onder tijdsdruk / op tijd iets afkrijgen

* opdrachten / instructies onthouden 

* lang concentreren/ doorgaan tot de opdracht af is

* en durf om hulp te vragen wanneer ik vastloop

* de gevraagde opdrachten uitvoeren

* bronnen / antwoorden zoeken in mijn handboek en in de Bijbel

* hoofd- en bijzaken onderscheiden, daardoor het juiste antwoord gebruiken

Opdracht 

Maak opdracht 3.5 - 3.7 blz. 20

Opdracht 

• Maakwerk:
  
• Je maakt vragen van de cognitieve doelen (blz. 4) die behoren bij hoofdstuk 3
• Je beantwoord de vragen door de antwoorden te zoeken in de module    De vroege kerk
• Je schrijft de antwoorden op in je schrift

Oefentoets

Wat is een reden dat Romeinen christenen vervolgden?

Schrijf een roddel op die de Romeinen vertelden over de christenen.

Wat is de naam van de keizer die de christenen beschuldigden van de brand van Rome?

1. Keizer Augustus
2. Keizer Nero
3. Keizer Decius
4. Keizer Diocletianus

Wat was het doel van keizer Diocletianus? Leg uit waarom hij dit wilde?

Huiswerk

Datum: 22 maart 2019

Lezen: module 'de vroege kerk', hoofdstuk 3, blz. 17-20

Leren: antwoorden van de cognitieve doelen van hoofdstuk 3, zoals beschreven op blz.4