H2.1+H2.2 MC-vragen 31C

2.1.2: Wat wordt bedoeld met valselijk opmaken?

A
Een geheel nieuw vals schrift maken.
B
Een bestaand legaal geschrift illegaal aanpassen.
C
Een bestaand legaal geschrift illegaal aanpassen met als doel deze als echt te gebruiken.
D
Een geheel nieuw vals geschrift maken met als doel deze als echt te gaan gebruiken.
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
WKPV-1MBOStudiejaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

2.1.2: Wat wordt bedoeld met valselijk opmaken?

A
Een geheel nieuw vals schrift maken.
B
Een bestaand legaal geschrift illegaal aanpassen.
C
Een bestaand legaal geschrift illegaal aanpassen met als doel deze als echt te gebruiken.
D
Een geheel nieuw vals geschrift maken met als doel deze als echt te gaan gebruiken.

Slide 1 - Quiz

2.1.4: Rens maakt een vals toegangskaartje voor een museum met als doel om hiermee het museum gratis in te komen. Wat is nu juist over de strafbaarheid hiervan?

A
Hij is strafbaar omdat hij als doel heeft om het als echt te gaan gebruiken.
B
Het maken van het valse toegangskaartje is op zichzelf als strafbaar.
C
Hij is pas strafbaar als hij het kaartje gebruikt om binnen te komen in het museum.

Slide 2 - Quiz

2.1.5: Kan een foto ook vervalst worden volgens het artikel valsheid in geschrift?

A
Ja, als deze foto een feitelijkheid aantoont.
B
Nee, de foto is geen geschrift.
C
Ja, maar dan alleen als het doel is deze foto als echt te gaan gebruiken.

Slide 3 - Quiz

2.1.7: Klaas heeft een toegangsbewijs voor een houseparty in zijn zak. Hij heeft er ook een vervalst voor zijn vriend Jan die geen geld heeft om het toegangskaartje te betalen. Jan belt echter af omdat hij ziek is. Klaas gaat nu alleen. Bij de toegang laat hij per ongeluk het verkeerde, valse kaartje, zien. Is Klaas nu strafbaar?

A
Nee, hij gebruikt het kaartje immers niet opzettelijk om binnen te komen. Hij dacht dat hij zijn eigen echte kaartje gebruikte.
B
Ja, het door schuld gebruiken van een vals kaartje is al strafbaar.
C
Ja.

Slide 4 - Quiz

2.1.9: Dario doet opzettelijk een valse aangifte van het verliezen van zijn paspoort. Is hij hiervoor strafbaar voor het doen van een valse aangifte?

A
Ja, hij doet dit opzettelijk.
B
Nee, het betreft hier geen aangifte van een strafbaar feit.
C
Ja, ook het doen van een valse aangifte van een paspoort valt onder de reikwijdte van dit delict.

Slide 5 - Quiz

2.2.4: Een BOA domein 1 zonder politiebevoegdheden houdt een verdachte staande. Deze verdachte wil zijn naam niet meedelen. De opsporingsambtenaar vordert hem nu zijn identiteitsbewijs. De verdachte wil deze echter niet tonen. Waartoe is de opsporingsambtenaar nu bevoegd?

A
Hij kan de verdachte nu aanhouden voor het niet voldoen aan de toonplicht van het identiteitsbewijs.
B
Hij kan een identiteitsfouillering uitvoeren bij de verdachte.
C
Hij kan beide bevoegdheden toepassen.

Slide 6 - Quiz

2.2.10: Koos zet een valse OV-chipkaart in elkaar. Is hij nu strafbaar voor het strafbaar feit voorhanden hebben en gebruik vals identiteitsbewijs art. 231 Sr.?

A
Ja, hij vervalst een document dat dient ter identificatie.
B
Nee, dit valt niet onder identiteitsbewijzen genoemd in dit wetsartikel.
C
Nee, tenzij hij dit document als echt gaat gebruiken.

Slide 7 - Quiz

2.2.13: John werkt bij de politie. Hij heeft een politiepas om toegang te krijgen tot het bureau waar hij werkt. Op een dag verliest hij zijn pas. Bas vindt deze pas en werkt de pas bij zodat net lijkt alsof deze van hem is. Is Bas nu strafbaar voor art. 231 Sr voorhanden hebben en gebruik vals identiteitsbewijs?

A
Nee, een dergelijk document valt niet onder de categorie identiteitsbewijzen genoemd in dit artikel.
B
Nee, pas als hij het document daadwerkelijk gaat gebruiken, is hij strafbaar.
C
Ja, dit betreft een identiteitsbewijs zoals in het artikel benoemd. Wel of niet gebruiken maakt hier niet uit.

Slide 8 - Quiz

2.2.14: Mohammed vraagt aan Horst een aantal rijbewijzen voor hem te bewaren. Ondanks dat Mohammed een vermoeden heeft dat het om vervalste documenten gaat, gaat hij toch akkoord. Is Horst nu strafbaar voor art. 231 Sr voorhanden hebben en gebruik vals identiteitsbewijs?

A
Nee, dit is alleen het geval als hij de documenten ook gaat gebruiken of hij deze bij een ander aflevert.
B
Nee, een rijbewijs valt niet onder de categorie identiteitsbewijzen genoemd in dit artikel.
C
Ja, het voorhanden hebben van een dergelijk document wetend of vermoedend dat het vals is, is strafbaar.
D
Nee, een vermoeden is hier niet voldoende. Pas bij weten is er sprake van dit misdrijf.

Slide 9 - Quiz

2.2.21: Een BOA domein 1 krijgt een melding van een diefstal. Dit strafbare feit valt niet onder domein 1. Ter plaatse gekomen is de verdachte reeds gevlucht. Hij vraagt nu een getuige naar zijn identiteitsbewijs. Deze wil hem niet geven. Mag de BOA deze getuige nu zijn identiteitsbewijs vorderen?

A
Ja, hiertoe is hij bevoegd. Er is een aanleiding, namelijk het opsporen van een strafbaar feit.
B
Ja, ondanks dat hij niet bevoegd is voor het feit diefstal, is het wel zijn taak om ter voorbereiding op het ter plaatse komen van de politie getuigen te horen.
C
Nee, hiertoe is hij niet bevoegd. Het is niet zijn taak dit strafbare feit op te sporen.

Slide 10 - Quiz