Signalwörter

deshalb
A
want
B
dus
C
doordat
D
derhalve
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

deshalb
A
want
B
dus
C
doordat
D
derhalve

Slide 1 - Quiz

nicht nur ... sondern auch
A
omdat
B
niet alleen maar ook
C
namelijk
D
bovendien

Slide 2 - Quiz

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord "damit"?
A
tegenstelling
B
konkretisering
C
conclusie
D
versterking

Slide 3 - Quiz

jetzt
A
morgen
B
vroeger
C
nu
D
overmorgen

Slide 4 - Quiz

Heutzutage
A
nu, tegenwoordig
B
vroeger
C
morgen
D
over een jaar

Slide 5 - Quiz

Bij welke twee tekstverbanden kan "nicht nur.... sondern auch"horen?
A
versterking
B
opsomming
C
tegenstelling
D
algemeen maken

Slide 6 - Quiz

sogar
A
zelfs
B
ook
C
eigenlijk
D
bovendien

Slide 7 - Quiz

welke functie heeft: außerdem
A
vergelijking
B
versterking
C
tegenstelling
D
opsomming

Slide 8 - Quiz

übrigens
A
uitbreiding
B
tegenstelling
C
extra info
D
gevolg

Slide 9 - Quiz

weil
A
omdat
B
waarom
C
namelijk
D
ten eerste

Slide 10 - Quiz

denn
A
omdat
B
want
C
doordat
D
namelijk

Slide 11 - Quiz

stattdessen
A
in ieder geval
B
niet alleen
C
in plaats daarvan
D
maar ook

Slide 12 - Quiz

indem
A
echter
B
doordat
C
hoewel
D
ondanks

Slide 13 - Quiz

tatsächlich
A
inderdaad, versterking
B
inderdaad, extra info
C
vooral, versterking
D
vooral, extra info

Slide 14 - Quiz

je..... desto
A
zo.....dat
B
weliswaar.... maar
C
niet alleen... maar zelfs
D
hoe....hoe

Slide 15 - Quiz

timer
0:30
nämlich
daher
immerhin
zumal
zusätzlich
daarnaast
vandaar
in ieder geval
namelijk
vooral

Slide 16 - Drag question

dagegen
A
daarentegen
B
ondanks
C
terwijl
D
omdat

Slide 17 - Quiz

zum Beispiel
A
zelfs
B
omdat
C
bijvoorbeeld
D
echter

Slide 18 - Quiz

Jedenfalls
A
maar
B
omdat
C
daarbij
D
in elk geval

Slide 19 - Quiz

Absatz
A
alinea
B
regel
C
ander woord
D
text

Slide 20 - Quiz