This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
ZRGVEPL419AK
Slide 1 - Slide
ZRGVEPL419AK
BETOOG SCHRIJVEN
Slide 2 - Slide
Een betoog
In een betoog geeft een schrijver zijn mening over een stelling en onderbouwt die metargumenten. Het doel van de schrijver is de mening van de lezer te veranderen (overtuigen).
* Argumenten vóór de stelling noemt men pro-argumenten.
* Argumenten tégen de stelling noemt men contra-argumenten.
Slide 3 - Slide
Indeling betoog
Een betoog heeft een passende titel. De tekst bestaat vervolgens uit een inleiding, kern en slot (driedeling)
* Passende titel
* Inleiding: anekdote en je stelling
* Kern: verschillende alinea's
argument vóór 1 + uitleg
argument vóór 2 + uitleg
argument vóór 3 + uitleg
argument tégen 1 + weerlegging
* Slot: conclusie + herhalen stelling en een paar argumenten
Slide 4 - Slide
Hoe schrijf je een betoog?
1. Ga brainstormen (in woorden noteren wat je weet en denkt over een bepaald onderwerp). 2. Formuleer je standpunt (in feite de conclusie) en bedenk een leuke/goede/aansprekende anekdote. 3. Argumenten vóór noteren. 4 . Argumenten tégen noteren. 5. Formuleer de laatste alinea (de conclusie).
Slide 5 - Slide
Hoe schrijf je een betoog?
6. Schrijf in klad de kern van het verhaal 7. Schrijf in klad de eerste alinea. De eerste alinea moet heel goed zijn en 100 procent aansluiten op je betoog. 8. Verzin een passende titel. 9. Controleer je tekst op: inhoud, zinsbouw, spelling en interpunctie 10. Schrijf je tekst in het net.
Slide 6 - Slide
talnet.instructure.com
Slide 7 - Link
Opdracht
Schrijf een betoog over één van de volgende onderwerpen.
- Er moet een pil komen om zelf te kunnen sterven wanneer dit nodig is.
- Abortus moet overal ter wereld worden gelegaliseerd.
- De overheid mag zich bemoeien met mensen met overgewicht.
- Vrouwen zijn betere opvoeders dan mannen.
Het betoog wat jij gaat schrijven hoeft niet lang te zijn, als je er maar voor zorgt dat alles erin staat.
Slide 8 - Slide
Schrijf je betoog
1. Gebruik het stappenplan voor het schrijven van je
kladversie.
- Denk ook alinea's, tekstverbanden en signaalwoorden