M1 - 28 november

Bienvenidos
a la clase de español
1 / 29
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bienvenidos
a la clase de español

Slide 1 - Slide

Doelen
- Je kunt vertellen hoe laat iets is
- Je aangeven van wie of wat iets is
- Je kunt vragen stellen met een 
   vragend vnw
- Je kunt je kleding omschrijven


 

Slide 2 - Slide

es (dag), 
(getal) de (maand) de (jaar)



Mi cumpleaños es el veinticinco de enero.
Hoy es lunes, cuatro de agosto de 2022.

¿Qué día es?
¿Cuándo es tu cumpleaños?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

¿Qué hora es?

¿A qué hora empieza la clase?

¿A qué hora termina la clase?

Slide 5 - Slide

¿Qué hora es?

Slide 6 - Slide

het bezittelijk voornaamwoord

Slide 7 - Slide

het bezittelijk voornaamwoord 
ej 53 pág 57

1. mi / mis perros tienen 8 años.
2. mi / mis hermano vive en Granada.
3. Fernando pasa sus / tus vacaciones en España.
4. Vuestros / vuestras bicicletas están en el jardín.
5. ¿Cuánto cuesta su/sus billete de vuelo?
6. Nuestra/nuestras casa está lejos de la escuela.

Slide 8 - Slide

Leer de vraagwoorden goed!

Ze zijn essentieel om vragen en antwoorden te begrijpen en te  kunnen geven

Slide 9 - Slide

La tarea
¿Qué?
Ejercicio 51 en pág 55
¿Cómo?
In tweetallen
¿Tiempo?
5 min
¿Ayuda?
Je aantekeningen of je boek
¿Listos?
Maak dan alvast opdracht 30 op pag 40 (vertalen)

Slide 10 - Slide

Wie?
Wat?
Waar?
Wanneer?
Waarom?
Hoe?
Hoeveel?
Welke?

¿Quién?
¿Qué?
¿Dónde?
¿Cuándo?
¿Por qué?
¿Cómo?
¿Cuánto?
¿Cuál?

Let op het accent!

Slide 11 - Slide

La ropa - llevo....

Slide 12 - Slide

La tarea
¿Qué?
Ejercicio 30-33 en pág 40-43
¿Cómo?
In tweetallen
¿Tiempo?
5 min
¿Ayuda?
Je aantekeningen of je boek
¿Listos?
Maak dan opdracht 34 op pag 43 

Slide 13 - Slide

La nota final
je geeft een presentatie                                                                     33%

je ontwikkelt een spel                                                                          33%

gemiddelde SO's (alle voca hebben we al gedaan)               33%
15 december SO grammatica - telt 2x mee!
1 SO strepen we door - herkansen kan niet

Slide 14 - Slide

El juego
Maak een bordspel over alle aspecten van hospitality (taal en cultuur) in Spanje, die je in de lessen hebt geleerd.
 Het spel ontwikkel je individueel of in een duo.
 De vorm van het spel mag je/mogen jullie zelf bepalen of ontwerpen, denk aan bijvoorbeeld, ganzenbord, quiz, triviant, monopoly.

Slide 15 - Slide

El juego
Eisen spel:
 Het is leerzaam;
 Het is makkelijk te leren;
 Het duurt 15 tot maximaal 30 minuten;
 Het is voor minimaal 2 personen;
 Het spel moet je meerdere keren kunnen spelen.

Slide 16 - Slide

El juego
Inhoudelijke voorwaarden:
o Het spel bevat minimaal 50 vragen/punten + antwoorden over de opgedane kennis over de taal en cultuur in Spanje uit de lessen van semester 1;
o Daarvan moeten er minimaal 25 vragen/punten + antwoorden in het Spaans zijn;
o Het spel heeft een korte speluitleg in het Nederlands, maximaal 1 A-4;
o Het is aantrekkelijk vormgegeven;

Slide 17 - Slide

1. Stel jezelf voor en vertel kort iets over jezelf,
      o.a. je leeftijd, woonplaats en nationaliteit;
2. Geef informatie over je school, o.a. de locatie en inrichting school
     (hoeveel restaurants etc.).
3. Vertel over de duur van je studie en je stage in het derde jaar.
4. Laat je rooster zien en vertel welke vakken en hoe laat je ze hebt;
5. Vertel wat je draagt in het restaurant, klas en in de keuken.
6. Zeg iets over wat je in het weekend doet;
       7. Geef tips over leuke activiteiten/uitgaansgelegenheden/bezienswaardigheden
            in Den Haag;
       8. Vertel iets over welke Spaanse producten de studenten kunnen kopen in een
           Nederlandse supermarkt;
       9. Zeg iets over de maaltijden die jij nuttigt en de tijdstippen;
                  10. Sluit passend af.
Opdracht
a. Maak een aantrekkelijke en duidelijke presentatie passend bij de beschreven situatie en
    volgens alle bovengenoemde inhoudelijke punten*.
b. Geef de presentatie in het Spaans.
c. Houd de presentatie individueel.
d. Je mag een spiekbrief van 10 Spaanse steekwoorden bij de presentatie houden.
e. Op iedere Powerpointslide mag je 7 losse Spaanse steekwoorden schrijven.
f. De presentatie duurt minimaal 3 minuten en maximaal 5 minuten per student.
g. Een print-out van de presentatie lever je aan het begin van je presentatie in bij je docent.
h. Je wordt beoordeeld door jouw docent volgens het Driepunts-beoordelingsmodel MVT:
    Spreken A1. Van te voren is dit model besproken in de klas.




1. Stel jezelf voor en vertel kort iets over jezelf, o.a. je leeftijd,  
    woonplaats en nationaliteit;
2. Geef informatie over je school, o.a. de locatie en inrichting school
      (hoeveel restaurants etc.).
3. Vertel over de duur van je studie en je stage in het derde jaar.
4. Laat je rooster zien en vertel welke vakken en hoe laat je ze hebt;
5. Vertel wat je draagt in het restaurant, klas en in de keuken.
6. Zeg iets over wat je in het weekend doet;
7. Geef tips over leuke activiteiten/uitgaansgelegenheden/     
    bezienswaardigheden in Den Haag;
8. Zeg iets over de maaltijden die jij nuttigt en de tijdstippen;
9. Sluit passend af.
 

Slide 18 - Slide

La presentación final
Presenteer Nederland aan een groep Spaanse studenten

In de maand december bezoekt een klas van de hotelmanagementschool uit Madrid onze school. Daarna maakt deze groep studenten een rondreis door Nederland.
Jij bent gevraagd om een presentatie te geven aan deze klas over het leven van een student in Nederland. Deze presentatie maak je in PowerPoint.

Slide 19 - Slide

La presentación final
 schrijven.
f. De presentatie duurt minimaal 3 minuten en maximaal 5 minuten per student.
g. Een print-out van de presentatie lever je aan het begin van je presentatie in bij je docent.


Opdracht
a. Maak een aantrekkelijke en duidelijke presentatie passend bij de beschreven  
    situatie en volgens alle bovengenoemde inhoudelijke punten*.
b. Geef de presentatie in het Spaans.
c. Houd de presentatie individueel.
d. Je mag een spiekbrief van 10 Spaanse steekwoorden bij de presentatie houden.
e. Op iedere Powerpointslide mag je 7 losse Spaanse steekwoorden

Slide 20 - Slide

La presentación final
¿Qué?
Ejercicio 55-57 en pág 58-60
¿Cómo?
In tweetallen
¿Tiempo?
5 min
¿Ayuda?
Je aantekeningen of je boek
¿Listos?

Slide 21 - Slide

Belangrijke datums:
8 december       proef SO grammatica
15 december     SO grammatica
19 december     presentaties
22 december     spel inleveren en spelen!

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

La tarea
Wat?
Bekijk de video en maak opdracht 22-25
Hoe?
In tweetallen
Tijd?
20 min
Hulp?
Je aantekeningen of je boek
Klaar?
maak dan ejercicio 19 op pag 33

Slide 24 - Slide

In het Spaans past het bijvoeglijk naamwoord zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.

Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op een -o hebben een -a in het vrouwelijk. 
Verder volgen bijvoeglijke naamwoorden de normale regels voor het meervoud (+s / +es)

Slide 25 - Slide

La tarea
Wat?
ejercicio 18, reader pag 32
Hoe?
In tweetallen
Tijd?
10 min
Hulp?
Je aantekeningen of je boek
Klaar?
maak dan ejercicio 19 op pag 33

Slide 26 - Slide

Doelen
36-39
 pag. 53-54-55(50)

 

Slide 27 - Slide

Herhaling grammatica

Slide 28 - Slide

Verbos-ar-er-ir

Slide 29 - Slide