Economisch bekeken - H2.1. Inkomsten uit arbeid (B)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

2.1. Inkomen uit arbeid (B)

OPDRACHT

Jullie krijgen zo meteen 2 beroepen. Samen ga je daarover praten en uitzoeken waarom zij niet hetzelfde verdienen.

• Wat voor werk doet iemand in dit beroep?
• Hoeveel zou iemand in dit beroep verdienen?
• Waarom verdient de ene persoon meer dan de andere?
  
• Wat vinden jullie eerlijk aan deze verschillen en wat niet?

INKOMENSVERSCHILLEN

Aan het eind van deze paragraaf kun je:

• uitleggen wat inkomsten uit arbeid zijn.
• verschillende inkomsten uit arbeid benoemen.
• uitleggen hoe loonverschillen ontstaan.
• uitleggen wat de begrippen functie, loon in natura en minimumloon
   betekenen.
  

Wat gaan we leren?

Soorten inkomsten

• Loon is de beloning die je krijgt
    voor je werk.
  
• Dat wordt wekelijks, per 4 weken
    of maandelijks op je rekening
    gestort.
• Één keer per jaar krijg je
    vakantiegeld.
  

Loon

Loon in Natura

• Vakantiegeld is extra geld dat je
   elk jaar in mei van je baas krijgt
   bovenop je normale salaris.
  
• Het is 8% van je jaarsalaris voor
   belasting.
  

Vakantiegeld

• Een functie betekent de
   werkzaamheden die bij je
   baan horen.
• Voorbeelden: docent,
   conciërge, roostermaker,
   teamleider, mediathecaris,
   directeur
  
  

Functie

• Het minimumloon is het loon dat
   een werkgever minimaal moet
   betalen aan werknemers vanaf 21
   jaar.
  
  

Minimum(jeugd)loon

• Hogere functie ➡️ meer loon
  
• Meer uren werken ➡️ meer loon
  
• Meer ervaring ➡️ meer loon
  
• Hogere leeftijd ➡️ meer loon
• Gevaarlijk werk ➡️ meer loon
  
• Hogere functie ➡️ meer loon
  
• Uitzonderlijk werk (Sporter, acteur) ➡️ meer loon
  

Waarom verdient niet iedereen hetzelfde?

VRAGEN?

OPDRACHTEN

• Maak de opgaven 1 t/m 14 op bladzijde 34 en 35 van
   werkboek 3A!
• Klaar? Ga dan aan de slag met het huiswerk. Dat zijn
   opgave 15 t/m 27 op bladzijde 35 en 36.
  
• Klaar? Dan kun je nakijken en heb je geen huiswerk.
  
  
  
  

Rood = Zelfstandig en stil werken. 

Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan

Groen = Praten

Wat zijn inkomsten uit arbeid?

VRAAG 1

1. Het geld dat je krijgt van je ouders als zakgeld
2. Het geld dat je verdient door te werken
3. Het geld dat je wint in de loterij
4. Het geld dat je ontvangt als cadeau

Wat wordt er bedoeld met minimumloon?

VRAAG 2

1. Het laagste bedrag dat werkgevers verplicht zijn om werknemers te betalen
2. Het laagste bedrag dat je kunt uitgeven aan boodschappen
3. Het gemiddelde bedrag dat werknemers in een bedrijf verdienen
4. Het bedrag dat je moet betalen voor huur

Welke van de volgende is géén voorbeeld van inkomsten uit arbeid?Hoe ontstaan loonverschillen?

VRAAG 3

1. Winst uit eigen bedrijf
2. Bonussen van je werkgever
3. Salaris dat je krijgt voor je werk
4. Geld dat je krijgt van je ouders als zakgeld

Wat is loon in natura?

VRAAG 4

1. Loon dat je ontvangt in de vorm van goederen of dienste
2. Loon dat je in geld ontvangt
3. Loon dat je aan het einde van het jaar krijgt
4. Loon dat je alleen in de zomer krijgt

Waarom kunnen er grote verschillen zijn in het salaris tussen verschillende beroepen?

VRAAG 5

1. Omdat beroepen die in de stad zijn altijd beter betaald worden
2. Omdat alle beroepen dezelfde opleiding vereisen
3. Omdat sommige beroepen meer vakkennis en ervaring vereisen
4. Omdat sommige beroepen in hetzelfde bedrijf meer uren maken

Huiswerk voor de volgende les:

• Maken opgaven 1 t/m 27 van hoofdstuk 2.1
    Inkomen uit arbeid op bladzijde 34 t/m 36.
  

Huiswerk

Bedankt en fijne dag!