This lesson contains 29 slides, with text slides and 3 videos.
Items in this lesson
H11 Materiaaleigenschappen
Slide 1 - Slide
Doel
Je leert welke eigenschappen de materialen beton, glas, hout, kunststof, metaal, steen en textiel hebben.
Slide 2 - Slide
Vijf praktische toepassingen
Materialen gebruik je door hun eigenschappen.
Koper geleid bijvoorbeeld elektriciteit, daarom gebruik je het voor elekticiteitskabels.
Slide 3 - Slide
Stofeigenschappen
- Smaak (helaas mag je bij natuurkunde nooit proeven)
- Geur (zolang je maar voorzichtig ruikt)
- Fase (vast, vloeibaar of gasvorming)
- Kleur
- Oplosbaarheid in water
- Geleiding van elektriciteit
- Kookpunt
- Smeltpunt
- Dichtheid
Slide 4 - Slide
Dichtheid
Slide 5 - Slide
Dichtheid
IJzer = 7,9 g/cm³
Hout = 0,7 g/cm³
Water = 1,0 g/cm³
Zinken -> Dichtheid van ijzer is groter dan dichtheid van water
Zweven -> Dichtheid van een vis is gelijk aan dichtheid van water
Drijven -> Dichtheid van hout is kleiner dan dichtheid van water
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Dichtheid berekenen
Slide 8 - Slide
Massa
De massa bepaal je met een weegschaal.
Slide 9 - Slide
Volume
Volume kun je bepalen met de onderdompelmethode
of je kunt het berekenen door Lengte x breedte x hoogte
te doen.
Slide 10 - Slide
Voorbeeld
Bereken de dichtheid van het blokje.
m = 324 g
V = 4 x 3 x 10 = 120 cm3
ρ = m:V = 324 : 120 = 2,70 g/cm3
Dit is waarschijnlijk aluminium, dat heeft namelijk een dichtheid van 2,7 g/cm3.
Lees de tekst over dichtheid op blz 9 en maak opdracht 1 tm 6.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
phet.colorado.edu
Slide 13 - Link
Aan de slag
We lezen samen de tekst op blz 9 en maken opdracht 1 tm 6.
Slide 14 - Slide
Geleiding
Geleiding betekent doorlaten. Geleiding gaat niet alleen om elektriciteit. Je kunt ook denken aan geleiding van warmte en geluid.
Het tegenovergestelde van geleiden is isoleren.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Aan de slag
We lezen samen de tekst op blz 11 en maken opdracht 7 tm 13.
Slide 17 - Slide
Metalen
Metalen geleiden elektriciteit, warmte en trillingen goed.
Metalen worden vaak door lassen of solderen aan elkaar verbonden.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Krimpen en uitzetten
Als je metaal verhit, wordt het groter. Dit noem je uitzetten.
Als het daarna afkoelt, wordt het kleiner. Dit noem je krimpen.
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Video
Aan de slag
We lezen samen de tekst op blz 14 en maken opdracht 15 tm 20.
Opdracht 18 niet.
Slide 22 - Slide
Hout
Hout is geschikt constructie- materiaal omdat:
- goed bestand tegen trek en duwkrachten.
- goed verspaanbaar (goed bewerkt kan worden).
- houten onderdelen zijn goed met elkaar te verbinden.
- hout geleid geen elektriciteit of warmte, het is een isolator.
Slide 23 - Slide
Verspaanbaarheid
Verspanende bewerkingen:
- Schaven
- Zagen
- Boren
- Vijlen
Houten onderdelen verbinden:
- Spijkers
- Schroeven
- Lijm
- Bouten en moeren
Slide 24 - Slide
Aan de slag
We lezen samen de tekst op blz 16 en maken opdracht 21 tm 32.
Opdracht 29 niet.
Slide 25 - Slide
Corrosie
Metalen kunnen reageren met zuurstof. Dit noem je corrosie. Denk maar aan ijzer, dat gaat roesten.
Steen, beton, hout, glas en kunststof zijn corrosiebestendig.
Slide 26 - Slide
'gouden' sieraden
Met het dragen van koperen sieraden zorgen lucht, vocht en huidvetten ervoor dat er een soort laagje op het koper komt wat het metaal aantast. Dit heeft als resultaat dat het oppervlakte brozer wordt en het koper zijn glans verliest. Daarnaast kan dit laagje op het sieraad met vaak dragen groen afgeven op de huid.
Slide 27 - Slide
Aan de slag
We lezen samen de tekst op blz 20 en maken opdracht 33 tm 35.
Heb je net niet alle opdrachten af kunnen maken. Doe dat dan nu. Kijk dan na, en teken af.
Slide 28 - Slide
Doel
Je leert welke eigenschappen de materialen beton, glas, hout, kunststof, metaal, steen en textiel hebben.