2.3 Massa en volume

Hoofdstuk 2: Stoffen
2.3 Massa en Volume 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 2: Stoffen
2.3 Massa en Volume 

Slide 1 - Slide

Programma van de les
Herhaling paragraaf 2.1 + 2.2

uitleg paragraaf 2.3

Zelfstandig aan de slag met opdrachten 2.3

Slide 2 - Slide

Herhaling 2.1 

Slide 3 - Slide

Welk rijtje bevat alleen maar stofeigenschappen?
A
kleur, smaak, volume
B
gewicht, brandbaarheid, hardheid
C
kleur, geur, dichtheid
D
volume, gewicht, brandbaarheid

Slide 4 - Quiz

Je onderzoekt een bepaalde stof. Welke stof is dit?

De stofeigenschappen zijn;
Brandbaar, vaste fase, niet buigzaam.
A
Metaal
B
Glas
C
Benzine
D
Hout

Slide 5 - Quiz

Brandbevorderend
Corrosief
Slecht voor je hart
schadelijk
Pas op
Langetermijn gezondheidschade
Explosief
Ontvlambaar

Slide 6 - Drag question

Herhaling 2.2
Wat is het verschil tussen een mengsel en een zuivere stof?
Geef 2 voorbeelden van een mengsel.
Geef 2 voorbeelden van een zuivere stof.
Welke 2 soorten mengsels ken je?
Geef 2 voorbeelden van een oplossing.
Geef 2 voorbeelden van een suspensie.
Hoe kun je een oplossing herkennen?
Hoe kun je een suspensie herkennen?
Wat betekent extraheren?
Geef een voorbeeld van extraheren?

Slide 7 - Slide

Voor volume worden verschillende eenheden gebruikt. 1 mL is gelijk aan:
A
1 mm3
B
1 cm3
C
1 dm3
D
1 m3

Slide 8 - Quiz

Voor volume worden verschillende eenheden gebruikt. 1 mL is gelijk aan:
A
1 mm3
B
1 cm3
C
1 dm3
D
1 m3

Slide 9 - Quiz

Wat is de grootheid die bij uur hoort?
A
Lengte
B
Tijd
C
Massa
D
Hoelang

Slide 10 - Quiz

Omrekenen !
(kilo - hecto - deca - .......................... - deci - centi - milli)

Hoeveel gram is 3,5 kg
A
35
B
350
C
3500
D
35000

Slide 11 - Quiz

Welke grootheid wordt bij Kubieke meter?
A
Massa
B
Gewicht
C
Volume
D
Tijd

Slide 12 - Quiz

Omrekenen !
(kilo - hecto - deca - .......................... - deci - centi - milli)

Hoeveel kiloWatt (kW) is 600 W
A
6000
B
0,006
C
0,6
D
6

Slide 13 - Quiz

2.3 Doel van de les
2.3.1. Je kunt de massa en volume van een hoeveelheid stof bepalen.
2.3.2Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen en het volume van een voorwerp met een onregelmatige vorm bepalen.

Slide 14 - Slide

Paragraaf 2.3
Als we met stofjes werken moeten hebben vaak een bepaalde hoeveelheid nodig (bv 300 gram).  Om de juiste hoeveelheid
af te meten maken we gebruik van een weegschaal.

Zo'n weegschaal meet het gewicht van de stof,
maar hij geeft de massa van de stof weer.
Gewicht: kracht waarmee de aarde trekt
massa: hoeveelheid deeltjes van een stof (g, kg, mg)

Slide 15 - Slide

Paragraaf 2.3: Volume bepalen
Het volume is hoeveel ruimte een bepaalde stof inneemt (lijkt een beetje op inhoud). Kun je uitrekenen met l x b x h of met de onderdompel methode


Slide 16 - Slide

Zelfstandig aan de slag
Wat: Maken paragraaf 2.3 (1 t/m 12) + Test Jezelf 2.3
Hoe: Het mag digitaal, maar advies is om te werken in je werkboek (ivm tekenen en rekenen)

Klaar?: kijk het na. Noteer wat  je moeilijk/lastig vindt. 

Slide 17 - Slide