Clase 6

¡Buen viaje!
Clase 6
1 / 18
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

¡Buen viaje!
Clase 6

Slide 1 - Slide

La planificación
Cinco minutos: Introducción/deberes
Diez minutos: Frases clave
Diez minutos: Vocabulario
veinticinco minutos: gramática
Quince minutos: landenpresentatie voorbereiden
Cinco minutos: evaluación

Slide 2 - Slide

Los deberes fueron:
  • Afmaken voc. p. 18 oef 29 (A2c ook p.17 oef 28c)
  • Afmaken: TB p. 82 4AB
  • presente perfecto voc. p.20-21 oef 11bc
  • Afmaken VOC. unidad 6 p.16-17 --> oef 27abc+28ab

Slide 3 - Slide

Frases clave (10 min)
Je schrijft een berichtje naar een vriend(in) in Spanje, waarin je alle onderstaande punten verwerkt. Schrijf volledige zinnen!!!  

Begin elke zin op een nieuwe regel. 
  1. groet 
  2. vertel dat het mooi weer is 
  3. vertel met welk vervoermiddel je naar het strand gaat 
  4. vertel dat het dichtbij / ver is 
  5. vertel dat je gaat zwemmen en duiken  
  6. noem nog twee andere activiteiten die je gaat doen in de vakantie / die je leuk vindt 
  7. afscheidsgroet 

Eerder klaar? oefen alle woordenschat

Slide 4 - Slide

Vocabulario
  1. Overhoor je buurman of buurvrouw met minstens 10 woorden. 
  2. Geef de ander een tip en een top





5 minuten de 1
5 minuten de ander

timer
5:00

Slide 5 - Slide

Gramática
- Pretérito perfecto
- Futuro inmediato

Slide 6 - Slide

De perfecto van estar is...
A
estido
B
estedo
C
estado

Slide 7 - Quiz

de PERFECTO maak je door...
A
ir + a + hele ww
B
haber + stam ww + ado/ido
C
estar + stam ww + ando/iendo

Slide 8 - Quiz

Wat is een voorbeeld van de perfecto?
A
trabajo
B
he trabajado
C
trabajé
D
estoy trabajando

Slide 9 - Quiz

De pretérito perfecto is een...
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
toekomstige tijd
D
het is geen tijd maar een wijze

Slide 10 - Quiz

presente perfecto

Nosotros.............ser............. buenos estudiantes.
Presente perfecto
A
somos
B
habéis sido
C
hemos sido
D
hemos sado

Slide 11 - Quiz

Perfecto: Comer
A
Comido
B
Comado
C
Comedo

Slide 12 - Quiz

Wat is het hulpwerkwoord van de perfecto?
A
haber
B
tener
C
ser
D
estar

Slide 13 - Quiz

Futuro inmediato

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Schrijf op: welke futuro zag je in de video?

Slide 16 - Open question

Oefenen op verbuga: 
Presente: 
- Ir

Presente/pretérito perfecto
- Estar
- bailar
- beber
- escribir
- ir

Slide 17 - Slide

Landenpresentatie

Slide 18 - Slide