Oefentoetsje woordsoorten (ww ontbreekt)
1 / 14
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
1) Noteer lidwoord(en) uit deze zin:
2) Noteer daarachter bepaald of onbepaald lidwoord.
De postbode gooide het pakket weg.
2) Noteer daarachter bepaald of onbepaald lidwoord.
De postbode gooide het pakket weg.
Slide 3 - Open question
1) Noteer lidwoord(en) uit deze zin:
2) Noteer daarachter bepaald of onbepaald lidwoord.
Zij is een bekende artiest uit Estland.
2) Noteer daarachter bepaald of onbepaald lidwoord.
Zij is een bekende artiest uit Estland.
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Slide
Wat zijn de zelfstandige naamwoorden uit deze zin:
De meeste mensen verlangen naar liefde en troost.
De meeste mensen verlangen naar liefde en troost.
A
meeste - mensen
B
mensen - verlangen
C
mensen - liefde - troost
D
liefde - troost
Slide 6 - Quiz
Welk woord uit deze zin is GEEN
zelfstandig naamwoord?
Weet jij welke prijs hij had gewonnen voor die film over de oorlog?
zelfstandig naamwoord?
Weet jij welke prijs hij had gewonnen voor die film over de oorlog?
A
prijs
B
hij
C
film
D
oorlog
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
Noteer bijvoeglijke naamwoord(en) uit deze zin.
Wie heeft deze fantastische film nog niet gezien?
Wie heeft deze fantastische film nog niet gezien?
Slide 9 - Open question
Noteer bijvoeglijke naamwoord(en) uit deze zin.
Voor zo’n bijzondere rol verdient deze geweldige acteur zeker een prijs.
Voor zo’n bijzondere rol verdient deze geweldige acteur zeker een prijs.
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Welk woorden zijn voorzetsels.
(meerdere antwoorden mogelijk)
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
achter
B
daar
C
een
D
op
Slide 12 - Quiz
Welk woorden zijn voorzetsels.
(meerdere antwoorden mogelijk)
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
voor
B
tijdens
C
na
D
nu
Slide 13 - Quiz
Welk woorden zijn voorzetsels.
(meerdere antwoorden mogelijk)
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
er
B
naast
C
ook
D
tegenover
