This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 25 min
Items in this lesson
Verbetering GO
Caesar: inleiding + DBG I, 1
Slide 1 - Slide
je plaatst
A
ponis
B
potes
C
pones
D
ponas
Slide 2 - Quiz
Wat is het grondwoord van questus erat?
Slide 3 - Open question
questus erat
A
hij was gevraagd
B
hij had geklaagd
C
hij had gevraagd
D
hij was beklaagd
Slide 4 - Quiz
ausi erunt: grondwoord?
Slide 5 - Open question
Wat is er speciaal aan audere? Antwoord in één woord.
Slide 6 - Open question
Stijlmiddelen kunnen de tekst ... maken
A
objectief
B
subjectief
Slide 7 - Quiz
Waarvan was Caesar proconsul voor de Gallische oorlog?
A
Gallia
B
Gallia Transalpina
C
Gallia Cisalpina
D
Germania
Slide 8 - Quiz
De antwoorden kan je afleiden uit de vraagjes op p. 20.
Slide 9 - Slide
Hoeveel namen staan er in deze tekst?
Slide 10 - Open question
ea
A
quae = nom vr enk
B
quae = nom vr mv
C
quae = nom onz mv
D
quae = acc onz mv
Slide 11 - Quiz
r. wat zijn de aanvullende gegevens van cum?
Wat zijn de aanvullende gegevens van cum? (laatste r.)
Slide 12 - Open question
Wat zijn de tekortkomingen van deze vertaling? (boek p. 26 bovenaan) Daarom gaan ook de Helvetiërs de overige Galliërs voor, die bijna dagelijks oorlog voeren met de Germanen, wanneer ze ofwel hun grondgebied verdedigen, ofwel zelf oorlog voeren in hun land.
Slide 13 - Open question
Wat is de functie van qua?
Slide 14 - Open question
'Het zogezegd neutrale verslag geeft toch welbepaalde boodschappen mee. Wat is volgens jou de boodschap die Caesar in dit fragment wil meegeven? Welk type antwoord moet je dan geven?
A
de letterlijke vertaling
B
de letterlijke betekenis
C
een vrije vertaling
D
een onrechtstreekse boodschap
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Hoe komt het dat Galli, Celtae, Belgae en Aquitani allemaal hetzelfde genus hebben?