Seksuele opvoeding/mishandeling

Seksuele opvoeding/mishandeling
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Seksuele opvoeding/mishandeling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Casus
Mari-Lise werkt op de buitenschoolse opvang Petteflet. Vandaag stond ze opeens met een rood hoofd in de groep, dat was haar nog nooit overkomen. Twee meiden van groep 8 van de ‘Zonnebloemschool” hadden op straat pornoblaadjes gevonden, ze had geen idee hoe ze erop moest reageren. De meiden begonnen te lachen om haar rode gezicht en ze had snel de blaadjes in de prullenbak gegooid. Ze had geen goed gevoel over haar actie, en ze vraagt zich af hoe ze hier beter mee om kan gaan in de toekomst.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welke woorden gebruiken jullie op dit moment in de groep voor geslachtsorganen?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Seksuele opvoeding
In je rol als opvoeder is kennis over de seksuele ontwikkeling onontbeerlijk. Het is heel belangrijk dat je op de hoogte bent van wat binnen de grenzen ligt van de normale ontwikkeling van kinderen en daarom acceptabel is. Dus dat je bijvoorbeeld weet dat het gewoon is als kinderen van drie tot zeven jaar “doktertje” spelen. Dat dat voor die leeftijd aanvaardbaar gedrag is dat hoort bij hun ontwikkeling, bij het ontdekken van hun lichaam en dat van anderen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Link

This item has no instructions

Opdracht
Verdeel met jullie groepje van vier alle kaarten in drie stapels.
a. een stapel kaarten die voor jou met intimiteit te maken heeft,
b. een stapel kaarten die voor jou met seksualiteit te maken heeft
c. een stapel kaarten die bij jou veel weerstand oproept met betrekking tot seksualiteit.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welke omgangsregels/opvattingen heb jij meegekregen op het gebied van seksualiteit.
 Bijv.
• Over seksualiteit kan je praten ;
• Homo’s zijn vies;
• Seks is iets voor later, als je getrouwd bent;
• Je hoort niet aan masturbatie te doen.

Beschrijf in het kort jouw seksuele opvoeding en geef 5 opvattingen die jij hebt meegekregen over seksualiteit. Op welke manier zou je dit wel/niet willen doorgeven in de opvoeding op het kindercentrum.

Slide 7 - Slide

Omgangsregels horen bij seksuele vorming. Elkaar uitschelden voor mietje kun je verbieden. Je legt dan uit dat je dat niet doet, waarom niet? Een mietje is homoseksueel. Dat is iemand die valt op iemand van hetzelfde geslacht; daar is niets verkeerds aan.
Opdracht in tweetallen
Hoe reageer je?

1. Een kind van 6 jaar vraagt aan jou hoe die baby in de buik van mama komt?
2. Een meisje van 3 in de slaapkamer met haar hand tussen haar been wrijft?
3. Een meisje van 4 een jongen wil zijn en steeds met de jongensgroep wil meedoen?
4. Een jongen van 2,5 in het badje met zijn piemel zit te spelen, en roept: “Piemel lekker”?
5. Twee meiden uit de naschoolse opvang van 10 en 11 zitten de hele dag achter de jongens aan: vooral oudere jongens. Ze dagen uit, schrijven brieven enz.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Seksueel misbruik
Onder seksueel misbruik wordt verstaan:
“Alle opgedrongen seksuele aanrakingen van een volwassene bij een kind. Het kind kan die door het lichamelijke of relationele overwicht, de emotionele druk, of door dwang en geweld niet weigeren.”
(Wet op de Jeugdzorg, 2004)
Als er gesproken wordt over incest dan heeft de dader een verzorgingsrelatie en/of een bloedband met het kind.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Opdracht

Welke signalen horen bij seksueel misbruik?
Maak onderscheid tussen lichamelijke, psychische en gedragssignalen. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Hoe vaak komt kindermishandeling voor?

De cijfers over kindermishandeling zijn gebaseerd op landelijk onderzoek dat wordt verricht in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid.
In februari 2019 verschenen de meest recente cijfers. Geschat wordt dat ieder jaar tussen de 90.000 en 127.000 kinderen te maken hebben met tenminste één vorm van
kindermishandeling. Dat is zo’n drie procent van alle kinderen van 0 tot en
met 17 jaar.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions