Οἱ δὲ Τρῶες ἀπὸ τῶν τειχῶν κατέβλεπον καὶ νίκην τοῦ Ἕκτορος ἤλπιζον. - benoem de vorm κατέβλεπον
A
acc ev M
B
1ste ev Ind aor
C
1ste ev Ind impf
D
3de mv Ind impf
Slide 14 - Quiz
Οἱ δὲ Τρῶες ἀπὸ τῶν τειχῶν κατέβλεπον καὶ νίκην τοῦ Ἕκτορος ἤλπιζον. - wat is de naamvalsfunctie van τῶν τειχῶν?
A
bijv.bep.
B
bijw.bep.
C
aanvulling bij werkwoord
D
lijd.vw.
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Τέλος δ’ ἡ τοῦ Ἕκτορος ἀρετὴ τὸν φόβον 10 αὐτοῦ ἐξέβαλεν. benoem de vorm ἐξέβαλεν. (persoon, getal, modus (= ind, inf, imper), tijd)
Slide 17 - Open question
Τέλος δ’ ἡ τοῦ Ἕκτορος ἀρετὴ τὸν φόβον 10 αὐτοῦ ἐξέβαλεν. - τὸν φόβον voor wie?
A
de angst
B
Hektor
C
Achilles
D
de deugd
Slide 18 - Quiz
Τέλος δ’ ἡ τοῦ Ἕκτορος ἀρετὴ τὸν φόβον 10 αὐτοῦ ἐξέβαλεν. - wie wordt er bedoeld met αὐτοῦ?
A
de angst
B
Hektor
C
Achilles
D
de deugd
Slide 19 - Quiz
waaruit bleek dat Hektor bang was?
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
maak een foto van je vertaling (ook als je deze nog niet helemaal af hebt)
Slide 22 - Open question
Maak bij de volgende 10 regels (11 t/m 20) - 10 verschillende vragen - over werkwoorden, naamvallen, inhoud; gebruik als voorbeeld de vragen in deze LessonUp - schrijf ze op & maak een foto