3hb-Schritt 28-Redemittel-Verben-lesen-3dec

1 / 13
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Lernen für die Testwoche:
- Vokabeln Schritt 23 + 27 (Seite 95) => D-N
- Vokabeln Schritt 25 (Seite 95) => NL-D; D-NL

- Redemittel Schritt 24 + 28 (Seite 96) => NL-D; D-NL, let op: alléén vragen/linke rij leren (geen antwoorden/rechte rij)
       
 - Grammatik: Regelmatige ww in de verleden tijd (Seite 97) EN als herhaling: haben, sein, werden en de regelmatige ww in de tegenwoordige en voltooide tijd (Seite 161-164, 1a t/m 1i)





Slide 3 - Slide

Heute: Vorbereitung Testwoche
- Redemittel: Ich kann über meinen Nebenjob erzählen

- Grammatik: Ich kann Verben im Perfekt (volt. tijd) benutzen 
und in Präsens (tegenw. tijd) und Präteritum (verl. tijd)  


Slide 4 - Slide

Seite 83:

Slide 5 - Slide

timer
1:30

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Selbständig arbeiten, Schritt 28:
Seite 84, Aufgabe 3A: tegenwoordige of voltooide tijd
3B: verleden tijd
Seite 85, Aufgabe 4: lesen
Je mag fluisteren met jouw buur

Slide 11 - Slide

Hausaufgabe:
- haben, sein, werden en zwakke ww in de tegenwoordige tijd herhalen (Seite 161 en klad werkwoorden)



Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide