§1 Hamburg - sieh und lies mal (S. 14-16)

Wat weet je nog
van de vorige les?
Tip: Persoonlijke voornaamwoorden
1 / 13
next
Slide 1: Mind map
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat weet je nog
van de vorige les?
Tip: Persoonlijke voornaamwoorden

Slide 1 - Mind map

Werkwoorden

Slide 2 - Mind map

Aan het eind van de les kan/weet ik...
- wat een werkwoord is.
- twee werkwoorden in het Duits benoemen.
- dat de 'ik-vorm' op een 'e' eindigd.
- dat de stam van een Duits werkwoord, het hele werkwoord min -en is. 
- wat wordt bedoeld met 'het vervoegen van een werkwoord'.

Slide 3 - Slide

uitleg
Wat zijn persoonlijke voornaamwoorden?





Persoonlijke voornaamwoorden verwijzen meestal naar levende wezens.
Gebruik: om een naam te vervangen
Voorbeeld: Jürgen kommt morgen
Er kommt morgen.









Slide 4 - Slide

Uitleg
Persoonlijke voornaamwoorden heb je ook nodig om een werkwoord te kunnen vervoegen.

Voorbeeld:
Ik woon in Landgraaf
Hij woont in Heerlen
Wij wonen in Kerkrade

Slide 5 - Slide

Uitleg stam van een werkwoord
Nederlands: stam van een werkwoord:
Ik – vorm Voorbeeld: maken = ik maak

Duits: stam van een werkwoord:
Hele werkwoord – en
Voorbeeld: machen, laufen =lauf/mach


Slide 6 - Slide

Vervoeging werkwoord
                                                          wohnen         kommen
Enkelvoud:                                               fe                        fe
(ik) ich                                            wohn-e          komm- e
(jij) du                                             wohn-st        komm-st
er, sie, es                                       wohn-t           komm-t 
(hij,zij,het)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Maak nu de volgende opdrachten:
Buch: Aufgabe 13 bis 16 auf Seite 14+15 + 16
Digitale Methode: §1.1 Aufgabe 13 bis 16

Zeit: 15 Minuten
Fertig: Lernbox 1 Lernen / differentiatie opdrachten
timer
1:00

Slide 9 - Slide

Sprechen!
Mach Aufgabe 16 auf Seite 16.
Maak opdracht 15 op blz. 15.

Speel daarna het gesprek in tweetallen.

Slide 10 - Slide

Ik kan.../Ik weet...

Slide 11 - Slide

Hausaufgaben
Lernen Lernbox 1 woordjes blz. 49 en grammatica blz. 13/14/15

Slide 12 - Slide

Mach!
- Woordtrainer van §1.1 (digitaal)
- Test jezelf van §1.1 (digitaal)

Slide 13 - Slide