Een werkwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Een voltooid deelwoord en een onvoltooid deelwoord kun je als bijv nw gebruiken.
Je schrijft die woorden dan zo kort mogelijk.
volt deelw gebruikt als bijv nw
Het glas is gebroken. Het gebroken glas.
De dictator werd gehaat. De gehate dictator.
onvolt. deelw gebruikt als bijv nw
Blaffend stond de hond op het erf. De blaffende hond stond op het erf.