MTH les 5 1B

MTH, leerjaar 1, les 5 

Wat mag je wel en wat mag je niet?
1 / 22
next
Slide 1: Slide
MTHMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

MTH, leerjaar 1, les 5 

Wat mag je wel en wat mag je niet?

Slide 1 - Slide

Programma
  • Voorbehouden handelingen

  • Medisch technische handelingen

  • Bevoegd en bekwaam

Slide 2 - Slide

Noem zoveel mogelijk beroepen in de zorg die in de wet BIG staan geregistreerd.

Slide 3 - Mind map

Noem zoveel mogelijk beroepen in de zorg die niet staan geregistreerd in de wet BIG.

Slide 4 - Mind map

Het medisch tuchtcollege is alleen van toepassing op de zorgverleners die geregistreerd staan in het BIG-register.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Stelling: onder individuele gezondheidszorg valt het ………………
van iemands gezondheid.
A
Beoordelen en onderzoeken
B
Verbeteren en herstellen
C
Beschermen
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 6 - Quiz

Handelingen
Voorbehouden handelingen zijn risicovolle handelingen die vastgelegd zijn in de Wet BIG. Zo wordt geprobeerd om de veiligheid van deze handelingen te garanderen.  
 
Per voorbehouden handeling staat aangegeven welke zorgverlener bevoegd is om deze handeling zelfstandig uit te voeren. 

Slide 7 - Slide

Handelingen
Naast voorbehouden handelingen bestaan er nog andere risicovolle handelingen.

Deze staan niet beschreven in de Wet BIG. 

Organisaties moeten zelf vastleggen welke handelingen zij risicovol vinden. 

Slide 8 - Slide

Voorbehouden handelingen
Voorbeelden van voorbehouden handelingen zijn:   
• injecteren;  
• puncteren, bijvoorbeeld bij  venapunctie (bloedafname);  
• katheteriseren bij mannen; 
• katheteriseren bij vrouwen;  
• een gastrostomiekatheter inbrengen; 
• een neusmaagsonde inbrengen;  
• een suprapubische katheter  inbrengen; 
• een tracheacanule uitzuigen. 

Slide 9 - Slide

Risicovolle handelingen
Voorbeelden van risicovolle handelingen zijn:   
• een verblijfskatheter verwijderen; 
• een stoma spoelen; 
• zuurstof toedienen; 
• hechtingen verwijderen;   
• sondevoeding toedienen;  
• bloedsuiker bepalen;  
• de bloeddruk meten; 
• een klysma toedienen. 

Slide 10 - Slide

Wanneer denk jij dat je een handeling mag uitvoeren?

Slide 11 - Open question

Risicovolle 
handeling
Voorbehouden
handeling
Hartfilmpje 
maken (ECG)
Hechtingen
verwijderen
Katheterisatie
mannen
Injecteren
Bloed 
afnemen
Vaccinatie
Hechtingen
inbrengen
Neussonde
inbrengen
Bloeddruk
meten
Cholesterol bepalen
door vingerprik

Slide 12 - Drag question

Voor het uitvoeren van een voorbehouden of risicovolle handeling is het van belang dat je bevoegd en bekwaam bent. 

Om te bepalen of je bekwaam bent, wordt onder andere gekeken naar de driehoek van: 
  • kennis
  • vaardigheden en 
  • attitude (houding).  
 
Deze driehoek is gebaseerd op het idee dat je op drie niveaus kunt leren, namelijk op het niveau van kennis, vaardigheden en attitude.

Slide 13 - Slide

Bekwaamheid
Kennis: hierbij gaat het om de inhoudelijke  
   kant van leren. Dit komt grotendeels tot stand door informatieoverdracht.  
Vaardigheden: het gaat hier om de vaardigheden die gebruikt worden om inhoudelijke kennis in de praktijk toe te passen. Voorbeelden zijn luisteren of een venapunctie uitvoeren.  
Attitude: de manier waarop je tegen een situatie aankijkt en hoe je in het leven staat. 

Slide 14 - Slide

Tijdens de theorielessen leer je:
A
Kennis
B
Vaardigheden

Slide 15 - Quiz

Tijdens de praktijklessen leer je:
A
Kennis
B
Vaardigheden

Slide 16 - Quiz

Als je goed functioneert, zijn de drie onderdelen in evenwicht.   
  
Wanneer een van de onderdelen onvoldoende aanwezig is, komt er te veel druk op de overige twee te liggen. Als een bepaald onderdeel juist te veel aanwezig is, gaat dit ten koste van de andere twee onderdelen.  
De onderdelen moeten dus in balans zijn om een handeling bekwaam te kunnen uitvoeren.    
  
Bekwaamheid geeft aan wat je weet en kan.   
  
Ook al volgen jullie dezelfde opleiding, er kunnen grote verschillen ontstaan tussen jou en je medestudenten, bijvoorbeeld door werkervaring en bijscholingen. Jij en de organisatie waar je werkt moeten continu afwegen of je bekwaam bent om een bepaalde handeling uit te voeren.

Slide 17 - Slide

Kennis over:
  • de handeling; 
  • de juiste techniek;  
  • het doel van de handeling;  
  • de mogelijke complicaties;  
  • de benodigde materialen;  
  • actuele richtlijnen;  
  • nodige voor en nazorg. 

Slide 18 - Slide

Vaardigheden om:  
  • de handeling uit te voeren; 
  • te beoordelen hoe het gaat;  
  • in te schatten wanneer hulp nodig is; 
  • te handelen bij complicatie.

Slide 19 - Slide

Attitude om:   
  • een zorgvrager gerust te kunnen stellen;  
  • te kunnen omgaan met stress;  
  • rustig te kunnen blijven bij tegenslag;  
  • in te kunnen spelen op de wensen van de zorgvrager.

Slide 20 - Slide

Huiswerk Theorie
Lezen op www.datzaljeleren.nl de onderdelen:
Bevoegdheid in de Zorg.

Slide 21 - Slide

Voorbereiding Praktijk
Oefenen:
  • Handverband
  • Hooghandverband
  • Vingerverband
  • Knieverband

Slide 22 - Slide