H3 par. 3.4 Napoleon verovert Europa/ 3.5 veranderingen

Tijd van pruiken en revoluties
Politieke revoluties: Par. 3.4 Napoleon verovert Europa
1 / 52
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Tijd van pruiken en revoluties
Politieke revoluties: Par. 3.4 Napoleon verovert Europa

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt enkele belangrijke eigenschappen noemen van het bestuur door Napoleon.
  • Je kunt beschrijven hoe Napoleon een Europees rijk veroverde en dat ook weer verloor.
  • Je kunt uitleggen welke gevolgen Napoleons bestuur voor Nederland had.
  • Je kunt enkele belangrijke oorzaken noemen van de politiek-bestuurlijke veranderingen in de eerste helft van de 19e eeuw in Zuid- en Midden-Amerika.
  • Je kent de begrippen, personen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Napoleon komt aan de macht
  • In 1794 kwam er een einde aan het schrikbewind: Robespierre werd opgepakt en zelf onthoofd. 

Slide 4 - Slide

Napoleon komt aan de macht
  • Er kwam een ander, gematigder bestuur: alleen de rijke burgerij heeft nu inspraak. Ellende nog niet voorbij!
  • Oorlog met Oostenrijk, Pruisen, Spanje en Groot-Brittannië.
  • Hoge voedselprijzen.
  • Hoge belastingen.
  • Politieke strijd: sommige burgers vonden dat het volk te weinig macht had, anderen wilden weer een koning.

Slide 5 - Slide

Met welke gebeurtenis komt er een einde aan het schrikbewind in Frankrijk?
A
Bestorming Bastille
B
Machtsgreep Napoleon
C
Onthoofding Robespierre

Slide 6 - Quiz

Wat voor soort bestuur kwam er in Frankrijk na de periode van Terreur?
A
Een gematigd bestuur
B
Een radicaal bestuur

Slide 7 - Quiz

Wat is de juiste omschrijving bij een gematigd bestuur?
A
Bestuur wat snelle en grote veranderingen wil
B
Bestuur wat de samenleving geleidelijk wil veranderen.

Slide 8 - Quiz

Napoleon komt aan de macht
  • Napoleon was een succesvol generaal in het leger: populair door de vele overwinningen.
  • Grijpt in 1799 de macht: einde Franse Revolutie!

Slide 9 - Slide

Napoleon komt aan de macht 
  • Hij maakt een nieuwe grondwet: burgers hebben inspraak.
  • In werkelijkheid is Napoleon een dictator
  • Dictatuur: Een bestuur waarin één persoon (geen koning of keizer) of een kleine groep mensen alle macht heeft.
  • Hij maakt zelf de wetten en beslist over oorlog & vrede.
  • Code Napoléon: Een wetboek dat werd ingevoerd door Napoleon en dat uitging van het idee dat voor alle burgers dezelfde wetten gelden.
  • Napoleon blijft toch populair.

Slide 10 - Slide

Napoleon komt aan de macht
  • In 1804 kroonde Napoleon zich zelfs tot keizer

Slide 11 - Slide

Napoleon komt aan de macht
Een aantal resultaten van de Franse revolutie liet Napoleon bestaan, namelijk:
Privileges bleven afgeschaft: standensamenleving voorbij.
Dezelfde wetten & grondrechten voor iedereen.
Napoleon voerde ook een wetboek in, wat geldig was voor iedereen: eerlijkere rechtspraak! 

Slide 12 - Slide

Goed of fout?
De Franse Revolutie eindigt met de machtsgreep van Napoleon.
A
Goed
B
Fout

Slide 13 - Quiz

Waarom eindigt de Franse Revolutie met de machtsgreep van Napoleon?

Slide 14 - Open question

Noem enkele belangrijke eigenschappen van het bestuur door Napoleon.

Slide 15 - Open question

In welk jaar kroont Napoleon zichzelf tot keizer?
A
1789
B
1799
C
1804
D
1810

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Video

Het Europese rijk van Napoleon
  • Napoleon bleef oorlog voeren:
  • meer macht voor Frankrijk & ideeën van de Franse Revolutie verder verspreiden
  • Napoleon zei dat hij de mensen in Europa wilde bevrijden van hun onderdrukkers en hun gelijke rechten wilde geven. Hij werd hun onderdrukker.....

Slide 18 - Slide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Napoleon veroverde en groot deel van Europa.
  • Groot-Brittannië lukte niet.
  • Napoleon verbood daarop alle handel met Groot-Brittannië: 'Continentaal Stelsel'. 
  • Kaart: bron 3, blz. 145

Slide 19 - Slide

Het Europese rijk van Napoleon
  • De Russen weigerden hieraan mee te werken.
  • Daarom viel Napoleon in 1812 Rusland aan.
  • Begin van zijn ondergang... 

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Het Europese rijk van Napoleon
De Russen trokken zich terug, vochten niet en lokten Napoleons leger steeds dieper Rusland in.
Toen brak de winter aan en stierven veel soldaten aan honger, kou en ziektes.

Slide 22 - Slide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Nadat Napoleon zich uit Rusland had teruggetrokken, ging Rusland in de tegenaanval.
  • Ook Groot-Brittannië, Oostenrijk en Pruisen wilde een einde maken aan het bewind van Napoleon en de ideeën van de Franse Revolutie.
  • In 1813 versloegen ze Napoleon tijdens een grote veldslag in Duitsland.

Slide 23 - Slide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Napoleon werd verbannen naar Elba, maar hij ontsnapte en keerde terug naar Frankrijk waar hij een nieuw leger opbouwde. 

Slide 24 - Slide

Het Europese rijk van Napoleon
  • In 1815 werd Napoleon bij Waterloo definitief verslagen en werd hij verbannen naar Sint Helena, waar hij in 1821 stierf.

Slide 25 - Slide

Waarom viel Napoleon Rusland aan?

Slide 26 - Open question

Hoe versloegen de Russen Napoleon?
A
Russen trokken zich steeds terug en vernielden oogsten, en schuilplaatsen.
B
De winter brak aan in Rusland, waar het Franse leger niet op voorbereid was.
C
Russen vielen kleine groepjes Franse soldaten aan.
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 27 - Quiz

In welk jaar werd Napoleon definitief verslagen?
A
1804
B
1810
C
1813
D
1815

Slide 28 - Quiz

Naar welk eiland werd Napoleon verbannen in 1813?
A
Elba
B
Sint Helena

Slide 29 - Quiz

Beschrijf hoe Napoleon een Europees rijk veroverde en dat ook weer verloor.

Slide 30 - Open question

Slide 31 - Video

Napoleon in Nederland
  • Na 1800 waren de Fransen al de baas in de Bataafse Republiek (Nederland).
  • In 1806 werd dat helemaal duidelijk: Napoleon maakte zijn broer Lodewijk koning van het Koninkrijk Holland.

Slide 32 - Slide

Napoleon in Nederland
  • Napoleon vond dat zijn broer te weinig hielp in zijn strijd tegen Groot-Brittannië.  
  • Napoleon had de handel met Engeland verboden, maar Lodewijk trad nauwelijks op tegen de smokkelhandel vanuit Nederland naar Groot-Brittannië.

Slide 33 - Slide

Napoleon in Nederland
  • In 1810 moest Lodewijk afstand doen van de troon.
  • Nederland werd een Franse provincie.
  • Franse wetten golden nu ook in Nederland:
  • Achternamen werden ingevoerd
  • Burgerlijke stand
  • Franse les op scholen
  • Nederlanders moesten verplicht in Franse leger

Slide 34 - Slide

Napoleon in Nederland
Steeds meer verzet tegen de maatregelen van Napoleon:
  • Bijvoorbeeld door de hoge belastingen en het verbod op de handel met Groot-Brittannië.

In 1813 (nadat Napoleon van Rusland en Duitsland had verloren), kwamen de Nederlanders in opstand.

Slide 35 - Slide

Napoleon in Nederland
De zoon van de stadhouder Willem V keerde terug als koning Willem I van het koninkrijk der Nederlanden.

Slide 36 - Slide

Hoe heette de eerste koning van de Nederlanden?
A
Willem I
B
Willem V
C
Lodewijk Napoleon
D
Napoleon

Slide 37 - Quiz

In welk jaar werd Lodewijk Napoleon koning van het koninkrijk Holland?
A
1800
B
1806
C
1810
D
1813

Slide 38 - Quiz

Waarom moest Lodewijk Napoleon aftreden als koning van Holland?

Slide 39 - Open question

Waarom verbood Napoleon eigenlijk de handel met Groot-Brittannië?

Slide 40 - Open question

Noem enkele gevolgen van Napoleons bestuur voor Nederland.

Slide 41 - Open question

Je kunt enkele belangrijke oorzaken noemen van de politiek-bestuurlijke veranderingen in de eerste helft van de 19e eeuw in Zuid- en Midden-Amerika- 1/2
1808: Napoleon veroverde Spanje. 
Gevolgen voor de Spaanse kolonies: revoluties om onafhankelijk te worden van dat toch wel zwakke Spanje!
Democratie was niet haalbaar: er kwamen dictatoriale besturen. 

Slide 42 - Slide

Dekolonisatie Zuid-Amerika
Kolonies 1808-1825

Slide 43 - Slide

Je kunt enkele belangrijke oorzaken noemen van de politiek-bestuurlijke veranderingen in de eerste helft van de 19e eeuw in Zuid- en Midden-Amerika- 2/2
Uitzonderingen:
Suriname (1975)
veel eilanden in de Caraïben 
ABC
Saba/ St. Maarten/ St. Eustachius

Slide 44 - Slide

Begrippen
Continentaal Stelsel
Revolutie
Keizer
Burgerlijke stand
Dictatuur
Koninkrijk der Nederlanden

Slide 45 - Slide

PERSONEN
De belangrijkste personen op een rijtje:
Robespierre
Napoleon
Lodewijk Napoleon

 Simon Bolivar

Slide 46 - Slide

Jaartallen uit deze les
1789- welke gebeurtenissen ken je?
1794- 
1799- tegenrevolutie Napoleon
1804- Keizer Napoleon
1806- koninkrijk Nederland
1808
1813- Volkerenslag, verbanning naar Elba
1815- verbanning Napoleon naar St. Helena
1816
1821- dood Napoleon

Slide 47 - Slide

Continuïteit 
Verandering


&

Slide 48 - Slide

Verandering en continuïteit
Een verandering is het tegenovergestelde van een continuïteit

Verandering: iets wordt anders dan het was
Continuïteit: iets wat een lange tijd hetzelfde blijft

Slide 49 - Slide

Continuïteit en verandering
Continuïteit = iets wat hetzelfde blijft.

Continuïteit -> continu

Verandering = iets wat anders is.

Je gebruikt continuïteit en verandering in vergelijkingen

Slide 50 - Slide

Aan de slag
Lees blz. 151-153
Maak opdrachten 1 t/m 6 in duo's.

Slide 51 - Slide

Oefenen voor de toets H3 par 1-5
Maak de opdrachten in de 'Afsluiting' online.
Ik zal feedback geven dat je terug kunt lezen dit weekend!

Slide 52 - Slide