This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Grafieken tekenen bij lineaire verbanden
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Doel van de les
Aan het einde van de les kan je grafieken tekenen bij lineaire verbanden.
Slide 2 - Slide
Introduceer het doel van de les en leg uit waarom het belangrijk is om grafieken te kunnen tekenen bij lineaire verbanden.
Wat weet jij al over het tekenen van grafieken bij lineaire verbanden?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Wat zijn lineaire verbanden?
Lineaire verbanden zijn verbanden waarbij de uitkomst afhangt van een constante factor vermenigvuldigd met een variabele plus een constante.
Slide 4 - Slide
Geef een definitie van lineaire verbanden en leg uit hoe deze verbanden zich verhouden tot grafieken.
Lineaire formule
Een lineaire formule heeft de vorm y = ax + b, waarbij a de richtingscoëfficiënt is en b de startwaarde.
Slide 5 - Slide
Laat de leerlingen een aantal voorbeelden zien van lineaire formules en leg uit hoe deze formules zich verhouden tot grafieken.
Grafieken tekenen
Om een grafiek te tekenen bij een lineaire formule, kan je een tabel maken met waarden voor x en y en deze vervolgens in een assenstelsel tekenen.
Slide 6 - Slide
Leg uit hoe leerlingen een grafiek kunnen tekenen bij een lineaire formule en laat ze een aantal voorbeelden zien.
Assenstelsel tekenen
Een assenstelsel bestaat uit een horizontale x-as en een verticale y-as. Zorg ervoor dat de assen even groot zijn en dat er voldoende ruimte is voor de grafiek.
Slide 7 - Slide
Laat de leerlingen zien hoe ze een assenstelsel kunnen tekenen en geef tips om ervoor te zorgen dat het assenstelsel goed leesbaar is.
Tabel maken
Om een tabel te maken, kan je een aantal waarden voor x invullen in de lineaire formule en de bijbehorende y-waarden berekenen.
Slide 8 - Slide
Leg uit hoe leerlingen een tabel kunnen maken bij een lineaire formule en laat ze een aantal voorbeelden zien.
Richtingscoëfficiënt en startwaarde
De richtingscoëfficiënt geeft aan hoe steil de lijn van de grafiek is. De startwaarde geeft aan waar de lijn de y-as snijdt.
Slide 9 - Slide
Leg uit wat de richtingscoëfficiënt en de startwaarde zijn en hoe deze waarden zich verhouden tot de grafiek.
Oefenen
Nu gaan we oefenen met het tekenen van grafieken bij lineaire verbanden. Maak de opdrachten op het werkblad en teken de grafieken in het bijbehorende assenstelsel.
Slide 10 - Slide
Laat de leerlingen zelfstandig of in groepjes oefenen met het tekenen van grafieken bij lineaire verbanden en geef feedback op hun werk.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.