Past Simple onregelmatige werkwoorden

Welcome back everybody!
- Please put your telephones    in the classroom pockets!

- Please take of your coats/       jackets!

- Start up your laptops!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welcome back everybody!
- Please put your telephones    in the classroom pockets!

- Please take of your coats/       jackets!

- Start up your laptops!

Slide 1 - Slide

What are we going to do today?

- Today we're going to learn about the Past Simple with         irregular verbs (onregelmatige werkwoorden).
- Practice irregular verbs.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

timer
10:00
11 vragen

Slide 5 - Slide

Onregelmatige werkwoorden

Slide 6 - Slide

Wat is een voorbeeld van een onregelmatig werkwoord?
A
dig - dug - dug
B
walk - walked - walked

Slide 7 - Quiz

go - went - gone
Dit zijn de onregelmatige werkwoorden van 'gaan'.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden
Wat is het rijtje van het werkwoord:
groeien
A
grew - grown - grow
B
grow - grewed - grown
C
grow - grown - grew
D
grow - grew - grown

Slide 9 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden
Wat is het rijtje van het werkwoord:
rennen
A
ran - run - ran
B
run - run - run
C
run - ran - ran
D
run - ran - run

Slide 10 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden
Wat is het rijtje van het werkwoord:
bijten
A
bite - bitten - bit
B
bite - bit - bitten
C
bite - bitten - bited
D
bitten - bite - bit

Slide 11 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden
De verleden tijd van:
to read:
A
red
B
read
C
rode
D
readed

Slide 12 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden:
Wat is het rijtje van het werkwoord:
nemen
A
take - teek - took
B
taak - teek - took
C
take - took - taken
D
take - took - taked

Slide 13 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden
Wat is het rijtje van het werkwoord:
schrijven
A
write, write, write
B
write, wrote, write
C
write, wrote, written
D
write, written, written

Slide 14 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden:
Wat is het rijtje van het werkwoord:
bijten
A
bite - bitten - bit
B
bite - bit - bitten
C
bite - bitten - bited
D
bitten - bite - bit

Slide 15 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden:
Wat is het rijtje van het werkwoord:
tekenen
A
draw - drew - drawn
B
draw - draw - drawn
C
drew - draw - drewn
D
drew - drew - drawn

Slide 16 - Quiz

Onregelmatige werkwoorden:
Welk rijtje klopt NIET?
A
go - went - gone
B
forgive - forgave - forgiven
C
say - said - said
D
hang - hung - hanged

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide