3V 3.2. De Russische Revolutie


H3 De Sovjet-Unie



Basis 2 De Russische Revolutie
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson


H3 De Sovjet-Unie



Basis 2 De Russische Revolutie

Slide 1 - Slide

Rusland vóór 1917

Slide 2 - Slide

Rusland voor 1917
  • Keizerrijk (Russische keizer is een tsaar).

  • Grote verschillen tussen arm en rijk.

  • Bondgenoot van Engeland en Frankrijk vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog (tot 1917).

  • Een agrarische samenleving die nog niet geïndustrialiseerd is.
De Romanov familie was al sinds 1613 aan de macht in het Tsarenrijk Rusland.

Slide 3 - Slide







Slide 4 - Slide

Raspoetin 
  • Monnik uit Siberië.

  • Overtuigd van zijn spirituele gaven.

  • Toeval zorgt ervoor dat het bloeden van tsarevitsj Aleksej stopt. 

  • Vanaf dan invloed op tsaar en tsarina. Hij en de tsarina zijn onafscheidelijk

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Situatie in Rusland
  • Veel volken in een land
  • Adellijke grootgrondbezitters (hadden geen baat bij industrialisatie)
  • Lieten hun land bewerken door boeren (80% vd bevolking)
  •  Eind 19de eeuw komt industrialisatie een beetje op


Slide 7 - Slide

Karl Marx (1818-1883)
  • Bedenker van het communisme

  • Tegen het kapitalisme ( = streven naar winst) en de klassentegenstellingen (arm-rijk)

  • Zegt: Klassenstrijd is onvermijdelijk

  • Roept arbeiders op om een revolutie te starten en het kapitalisme te vernietigen  


 

Slide 8 - Slide

Dus:
Arbeiders worden uitgebuit door de rijken.

Arbeiders grijpen via een revolutie de macht.

Arbeiders verdelen alles gelijk onder iedereen. Iedereen heeft dan evenveel macht en bezit.

Maar: In Rusland zijn nauwelijks arbeiders...

Slide 9 - Slide

Vladimir Lenin
  • Revolutie kan uitgevoerd worden door een strak georganiseerde partij
  • Aanhangers Lenin: bolsjewieken
  • Lenin wordt verbannen naar Siberië 

Slide 10 - Slide

Bloedige Zondag
1905


  • Ongewapende burgers demonstreerden bij het Winterpaleis
  • Uit paniek op het volk geschoten.
Gevolg: ontstaan Doema (volksvertegenwoordiging)

Slide 11 - Slide

In de praktijk weinig verandering

  • Doema mocht: wetten goed- en afkeuren
  • Maar: tsaar mocht de Doema naar huis sturen

In praktijk dus weinig macht.

Slide 12 - Slide

Twee revoluties in een jaar (1917) 
1. Februarirevolutie
2. Oktoberrevolutie

Slide 13 - Slide

Rusland in de 
Eerst Wereldoorlog


  • Veel boeren moeten het leger in
    gevolg: daling voedselproductie = hongersnood
  • Grote verliezen aan het front.
  • Tsaar: treedt hard op tegen eigen bevolking en geen goede legerleider

Het volk komt in opstand

Slide 14 - Slide

Februarirevolutie
Februari 1917


  • Voedselrellen en stakingen
  • Demonstraties tegen de tsaar (opgezet vanuit sovjets) Dus: soldaten kiezen de kant van de demonstranten
  • Er komt een voorlopige regering (bestaand uit liberalen en sociaaldemocraten)
  • Tsaar treedt af en wordt gearresteerd

Slide 15 - Slide

Russische Revolutie 


Slide 16 - Slide

Aprilstellingen van Lenin
april 1917









  • Alle grond aan de boeren
  • Alle macht aan de sovjets (plaatselijk raad)
  • Alle fabrieken aan de arbeiders
  • Vrede met Duitsland

Slide 17 - Slide

Oktoberrevolutie
Oktober 1917

  • Onrust in Rusland blijft (groeien)
  • Communisten o.l.v. Lenin en Trotski grijpen de macht en de voorlopige regering wordt afgezet
  • Bolsjewieken onder leiding van Lenin hebben nu de macht in handen

Slide 18 - Slide

Burgeroorlog ´de Witten´ tegen ´de Roden´

Slide 19 - Slide

Burgeroorlog (1)
  • Oekraine
  • Russisch Polen
  • Baltische Staten (Es, Let, Lit)
  • Finland

De Witten (tegenstanders van Lenin)
- Officieren trouw aan de tsaar
- Zonen van adel / bourgeouisie
- Boerengroeperingen
- Nationalisten, gesteund door Westen
  




Slide 20 - Slide

  • Tsarenfamilie dreigt bevrijd te worden door de Witten.
  • 17 juli 1918: De familie Romanov wordt op bevel van Lenin geëxecuteerd.

Slide 21 - Slide

Burgeroorlog (2)
De Roden 
  • Arbeiders
  • Arme boeren

Het Rode Leger (onder dwang gevormd door Trotski)
1918: 430.000 man
1920: 5.300.000 man

1922: De Roden (communisten) winnen de burgeroorlog




Slide 22 - Slide

Sovjet-Unie: een eenpartijstaat waarbij alleen de Communistische Partij toegestaan was. Vanaf nu was iedereen gelijk. 
SU werd een eenpartijstaat waarbij alleen de Communistische Partij toegestaan was. Vanaf nu was iedereen gelijk. 

Slide 23 - Slide