Grenzen en identiteit H8

Grenzen en identiteit
H8 De EU en Europa
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Grenzen en identiteit
H8 De EU en Europa

Slide 1 - Slide

Wat weet je al over:
de Europese Unie?

Slide 2 - Mind map

De E.U. bestaat uit 27 landen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Europa?
A
Amsterdam
B
Berlijn
C
Brussel
D
Parijs

Slide 4 - Quiz

De EU breidt steeds meer uit. Welke landen zijn/worden het laatste lid?
A
West-Europese landen
B
Noord-Europese landen
C
Zuid-Europese landen
D
Oost-Europese landen

Slide 5 - Quiz

0

Slide 6 - Video

Wat is een voordeel van de EU?
A
Stabiliteit en vrede
B
Als land alleen heb je minder macht en invloed
C
Vrije handel
D
Vrij verkeer van personen

Slide 7 - Quiz

Wat zijn nadelen van de EU voor Nederland?

Slide 8 - Open question

Wie bepaalt in hoofdlijnen het beleid in Europa?
A
Europese Raad
B
Europese Commissie

Slide 9 - Quiz

Wie kiest de leden van het Europees Parlement?

Slide 10 - Open question

De bevolking van de verschillende lidstaten. Dit gaat via verkiezingen.

Slide 11 - Slide

Tegenstanders van de Europese Unie vinden dat de soevereiniteit van Nederland wordt aangetast. leg uit wat hiermee bedoeld wordt.

Slide 12 - Open question

Uit het antwoord moet blijken dat:
Regels en afspraken die binnen de Europese Unie gelden, voor alle lidstaten van de EU gelden.
Dit betekent dat de EU zich kan en mag bemoeien met de regels en wetten van de lidstaten. Deze moeten voldoen aan de regels en wetten binnen de EU.

Slide 13 - Slide

EEZ staat voor...
A
Exclusieve Economische Zone
B
Eerlijke Export Zaken
C
Economische Exoport Zone
D
Eerlijke Economische Zaken

Slide 14 - Quiz

Welke twee ‘bodemschatten’ zijn er binnen de Nederlandse EEZ te vinden?
A
Aardgas/aardolie
B
Aardolie/steenkool
C
Steenkolen/aardgas
D
Uranium/goud

Slide 15 - Quiz

Hoe kan de Brexit leiden tot meer spanningen tussen republikeinen (katholiek) en loyalisten (protestants)?

Slide 16 - Open question

Noem een voordeel van het uitbreiden van de EU met landen van het vroegere Warschaupact?

Slide 17 - Open question