H1.2

splitsen, voortaan 15 minuten stil werken. 
afsluiter slide 
lezen slide
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

splitsen, voortaan 15 minuten stil werken. 
afsluiter slide 
lezen slide

Slide 1 - Slide

Telefoon?

Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak.



Binnen is beginnen! 

- pen, rekenmachine en schrift op tafel. 
- begin in stilte met lezen bladzijde:....
Onderstreep lastige woorden

Slide 2 - Slide

Programma 
  • Terugblik vorige les
  • Doelen van deze les 
  • Uitleg paragraaf 1.2
  • 10 minuten in stilte aan het werk
  • Bespreken vraag van de week 
  • Aan het werk (keuze) 
  • Afronding van deze les 

Slide 3 - Slide

Wat voor een soort behoefte
is een huis?
A
Primaire behoefte
B
Secundaire behoefte
C
Basisbehoefte
D
Luxe behoefte

Slide 4 - Quiz

Wanneer is iets schaars
volgens economen?
A
Als het beperkt beschikbaar en alternatief aanwendbaar is
B
Als het onbeperkt beschikbaar en alternatief te interpreteren is.
C
Als het zeldzaam is en het kan opraken.
D
Als er sprake is van een keuze die je moet maken.

Slide 5 - Quiz

Doelen van deze les 
  • Je kent deze soorten reclames: 
    - Merk reclame 
    -
    Commerciële reclame  
    - Ideële reclame 
    - Informatieve reclame 
  • Je weet wat we bedoelen met een doelgroep.  
  • Je kent het verschil tussen A-merk, B-merk en huismerk
  • Je weet wat marketing is en waar de marketingmix uit bestaat.
  • Je weet wanneer je een consument bent.  

Slide 6 - Slide

Merkreclame
Het doel van een merkreclame is het vergroten van de naamsbekendheid. 

Slide 7 - Slide

Commerciële reclame 
Het doel van commerciële reclame is ervoor zorgen dat er meer verkocht gaat worden van een bepaald product. Dit is soms ook in combinatie met de naamsbekendheid. 

Slide 8 - Slide

Ideële reclame 
Het doel van ideële reclame is het veranderen van gedrag of het aanspreken op jouw gedrag. 

Slide 9 - Slide

Informatieve reclame
Het doel van dit soort reclames is het overbrengen van informatie. Dit kan worden gedaan door bedrijven, maar ook door bijvoorbeeld de gemeente, omdat het afvalbeleid gaat wijzigen. 

Slide 10 - Slide

De doelgroep bepalen
De doelgroep is een groep mensen waarop een reclame is gericht. Dit kunnen heel veel verschillende groepen zijn op basis van geslacht, inkomen, geaardheid, woonplaats, lievelingskleur, hobby's of vrienden. 

Deze informatie verzamelen bedrijven met data op onder andere Facebook, Google, Instagram, Snapchat en Tiktok. 

Slide 11 - Slide

Coca Cola is een voorbeeld van...
A
A-merk
B
B-merk
C
Huismerk
D
Colamerk

Slide 12 - Quiz

Er zijn drie categorieën merken
  • A-merk: relatief veel reclame, regelmatig innovaties (nieuwe producten) en is erg bekend. 
  • B-merk: maakt minder reclame, volgt innovaties van A-merken en de bekendheid is een stuk minder. 
  • Huismerk: dit is een merk van de winkel zelf. 

Slide 13 - Slide

Welk merknaam hoort er bij het soort merk?
Sleep het naar de juiste plek.
A-merk
B-merk
Huismerk
Kannis en Gunnik koffie
Jumbo koffie
Douwe Egberts Koffie

Slide 14 - Drag question

Marketingmix
Bestaat uit zes P´s 
  • Prijs
  • Plaats
  • Product
  • Promotie 
  • Presentatie 
  • Personeel

Slide 15 - Slide

Prijs 
Ikea heeft een scherpe prijs voor haar producten, zodat iedereen dit in principe kan betalen. 

De prijs kan zo laag, omdat Ikea heel veel winkels heeft die allemaal hetzelfde verkopen. Ook moet je alles zelf monteren, dit scheelt kosten. 

Slide 16 - Slide

Plaats
Een Ikea winkel zit (vrijwel) altijd aan de rand van een grote stad op een industrieterrein. 
- Goedkoper dan binnenstad. 
- Veel parkeergelegenheid, dus auto makkelijk vol te laden. 
- Opvallende locatie langs snelweg

Slide 17 - Slide

Product
  • Platte verpakking, zodat transportkosten laag zijn en je het makkelijk kunt meenemen. 
  • Vrijwel alles op voorraad. 
  • Je moet alles zelf in elkaar zetten. 

Slide 18 - Slide

Promotie 
  • Ieder huishouden krijgt een jaarlijks magazine. 
  • Korting vaak exclusief voor Ikea family leden. 
  • Scherpe prijzen op eten, zo blijf je nog even hangen en kun je nog meer bedenken te gaan kopen. 

Slide 19 - Slide

Presentatie
Iedere Ikea winkel is ingericht volgens het eenvoudige principe: de bovenverdieping is inspiratie, benedenverdieping is producten inladen en ze sluiten af met een zelfbedieningsmagazijn. 

Na inspiratie een goedkoop restaurant om rustig na te denken wat je allemaal wil kopen. Een goedkoop restaurant is slim, dan beïnvloeden ze je om iets te kopen. Je dagje uit was al zo goedkoop.

Slide 20 - Slide

Personeel 
Vaak vrolijk, enthousiast en behulpzaam. 

Voor een scherpe prijs een keukenontwerp of een hapje eten. 

Herkenbaar in Ikea-kleding. 

Slide 21 - Slide

Als je iets koopt dan noem je dit consumeren

Goederen                                                  Diensten                    
tastbaar                                                      niet tastbaar 

- Auto                                                           - Rijles 
- Huis                                                           - Architect 
- Boodschappen                                    - Caissière 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Aan het werk 


De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen. 

Begin met het maken van opdracht 11, 
deze bespreken we zo klassikaal.
Maken: par. 1.2 opdrachten: 2 t/m 7 en 9 t/m 11
timer
10:00

Slide 25 - Slide

Paragraaf 1.2
Opgave 11
Of werk met de formule: 
Deel : Geheel x 100

Slide 26 - Slide

Keuzewerk


Je kunt aan de slag met de volgende keuzes: 

  • Huiswerk maken: par 1.2 opdrachten: 2 t/m 7 en 9 t/m 11.
  • Eigen keuze: in overleg met Tobias 
timer
10:00

Slide 27 - Slide

Afronding van deze les 
  • Je kent deze soorten reclames: 
    - Merk reclame 
    -
    Commerciële reclame  
    - Ideële reclame 
    - Informatieve reclame 
  • Je weet wat we bedoelen met een doelgroep.  
  • Je kent het verschil tussen A-merk, B-merk en huismerk
  • Je weet wat marketing is en waar de marketingmix uit bestaat.
  • Je weet wanneer je een consument bent.  

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide