H21.1/21.2

Vandaag
1) Startopdracht
2)  opgave 20.12
3) §21.1/21.2
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Vandaag
1) Startopdracht
2)  opgave 20.12
3) §21.1/21.2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 2 - Video

This item has no instructions

00:27
Wat is een termijncontract?
A
het recht om iets te kopen of te verkopen tegen voorafgestelde prijs op een bepaald moment
B
de verplichting om iets te kopen of te verkopen tegen voorafgestelde prijs op een bepaald moment

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

01:57
Waarom wilde niemand meer de contracten hebben?
A
Het contract was geen geld meer waard
B
Het contract leverde geen geld meer op
C
Het opslaan van de olie was veel te duur
D
Het opslaan van de olie was juist goedkoop

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen optie en een termijncontract/future?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Opgave 20.12

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

 Vermogensmarkt
§1 Vragers van vermogen
§2 Aanbieders van vermogen
§3 Geldmarkt en kapitaalmarkt
§4 De Amsterdamse effectenbeurs

Leerdoelen: 
  • Kennen vragers van vermogen
  • Kennen aanbieders van vermogen
  • Kunnen indelen vermogens op geld en kapitaalmarkt

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

H21.1/H21.2

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

institutionele beleggers zijn pensioenfondsen
H21.3

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Indeling vermogensmarkt
  • Het geheel van vraag naar en aanbod van vermogen.​
  • Kan worden gesplitst in:​

Geldmarkt​
  • De markt voor kort tijdelijk vermogen (max. 1 jaar.)​
Kapitaalmarkt​
  • De markt voor permanent vermogen en ​
  • lang tijdelijk vermogen (langer dan 1 jaar.)




Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

Openbare markt: kapitaalmarkt die voor iedereen toegankelijk is
onderhandse kapitaalmarkt: kapitaalmarkt die niet voor iedereen toegankelijk is, denk aan een onderhandselening
Welke krediet valt niet onder de geldmarkt
A
rekening-courantkrediet
B
afnemerskrediet
C
leverancierskrediet
D
hypothecair krediet

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

H21.4

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Toezicht
AFM (Autoriteit Financiële Markten)​

  • Toezichthoudende instantie op alles wat te maken heeft met sparen, beleggen, verzekeren, pensioenen en lenen.​
DNB (De Nederlandsche Bank)​
  • Toezichthouder financiële markt en verleent o.a bankvergunningen. ​
ACM (Autoriteit Consument & Markt)​
  • Toezichthouder op Mededingingswet en een deel van het consumentenrecht.​
  • Bij veel bedrijfsovernames/fusies is toestemming van ACM nodig.​





Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Marktsentiment​

  • Economische ontwikkelingen en/of geruchten zorgen voor positieve/negatieve verwachtingen voor de toekomst.​
Bear/Bull markt​
  • Bear = negatief sentiment (verwacht: beurskoersen dalen).​
  • Bull = positief sentiment (verwacht: beurskoersen stijgen).​
Koersvolatiliteit
  • De beweeglijkheid van beurskoersen.​





Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Zelf aan de slag 
Tijd:                    10 min
Hoe:                   eerst 5 min zelfstandig
Uitkomst:         stil aan het werk met muziek
Klaar:                 lees 
Wat:                    maak oefening 21.1 ; 21.4 ; 21.7 ; 21.8 ; 21.10

Slide 18 - Slide

This item has no instructions