Herhaling H1 + H2

Hoofdstuk 1
Jagers en boeren
1 / 24
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1
Jagers en boeren

Slide 1 - Slide

1: De juiste volgorde
  • Rechtop lopende aapmens
  • Rechtop lopende mens
  • Moderne mens

Slide 2 - Slide

Wat is GEEN kenmerk van jagers-verzamelaars?
A
Wonen op een vaste plaats
B
Leefden van de jacht en verzamelen
C
Leefden in kleine groepen

Slide 3 - Quiz

2: 5 kenmerken
  1. Leefden van de jacht en verzamelen
  2. Leefden in kleine groepen
  3. Trokken rond
  4. Waarschijnlijk was er een taak verdeling in de groep
  5. Niet echt sociale lagen

Slide 4 - Slide

3: prehistorie
  • We weten weinig van de mensen uit deze tijd omdat ze niks opschreven.

Slide 5 - Slide

Veeteelt en akkerbouw samen heet...

Slide 6 - Open question

5: gevolgen van landbouw
  1. Boeren gingen op vaste plaatsen wonen
  2. Meer voedsel, bevolking groeit hierdoor
  3. Ontstaan van sociale lagen
  4. Meer kans op ziektes

Slide 7 - Slide

6: irrigatielandbouw
  • Kanaaltjes, dijken en waterbekkens worden aangelegd, zo kon er toch water op de akkers komen.

Slide 8 - Slide

7: sociale lagen
  1. Farao
  2. ambtenaar
  3. ambachtslieden
  4. boeren
  5. slaven

Slide 9 - Slide

8: Egyptische godsdienst
  • De Egyptische godsdienst is polytheïstisch omdat zij in meerdere goden geloofden

Slide 10 - Slide

9: Natuurgodsdienst
  • Hierbij wordt de natuur vereerd, zoals de zon, de Nijl en dieren

Slide 11 - Slide

Hoofdstuk 2:
Griekse steden, een Romeins rijk

Slide 12 - Slide

10: stadstaat
  • Een stadstaat is de stad en het gebied rondom de stad

Slide 13 - Slide

11 + 12: Democratie Athene
  • Mannen met burgerrecht mogen meebeslissen in het bestuur van de stadstaat
  • Atheense burgers mochten meebeslissen in de volksvergadering

Slide 14 - Slide

13: Rome groeit
  1. Rome is een klein dorp
  2. De Romeinen veroveren gebieden rondom Rome
  3. Bijna heel Italië is onder bestuur van Rome
  4. Romeinse rijk is op zijn grootst

Slide 15 - Slide

14: Romeinse beroepsleger
  1. Soldaten hebben van vechten hun beroep gemaakt
  2. Werden getraind en hadden een wapenuitrusting
  3. Hadden discipline
  4. Konden zich snel verplaatsen over verharde wegen

Slide 16 - Slide

15:Overwonnen volken zoals de Germaanse volken werden bondgenoten van de Romeinen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

16: In de tijd van dat Rome een republiek was, was er een koning aan de macht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

17: De machtigste bestuurders, toen Rome een republiek was, waren de consuls.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

18: eerste keizer
  • De eerste keizer was keizer Augustus, het Romeinse woord voor keizer is Caesar

Slide 20 - Slide

19: vier sociale lagen
  1. Kleine groep rijken
  2. handelaren en ambachtslieden
  3. Armen zonder vast werk
  4. Slaven

Slide 21 - Slide

20: Grieks-Romeinse cultuur
  • Meerdere goden vereren
  • Stijl van het bouwen van tempels en beelden was hetzelfde
  • Gebruiken zoals olijfolie en een warm bad nemen

Slide 22 - Slide

21: verschillen
  • Christenen geloven in 1 god, Grieken en Romeinen geloofden in meerdere goden

Slide 23 - Slide

22: christendom
Geloven in 1 god
Verhalen in de Bijbel
10 leefregels
Geloven in het eeuwige leven na de dood
Samenkomen om te bidden in de kerk.

Slide 24 - Slide