H5: Wat levert het op?

Deze les: oefenen voor toets
1 / 45
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 2

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Deze les: oefenen voor toets

Slide 1 - Slide

Je krijgt de toets bij meneer van der Helm! 
Volgende week

Slide 2 - Slide

Hoofdstuk 5
Wat levert het op?

Kader/TL 2

Slide 3 - Slide

Marketing

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

financiele markt
Huizenmarkt
Arbeidsmarkt
Oliemarkt
Bankier
Makelaar
Werkzoekende
Eigenaar bezinestation

Slide 8 - Drag question

Alles van producenten te koop aanbieden
A
Vraag
B
Omzet
C
Afzet
D
Aanbod

Slide 9 - Quiz

Alles wat consumenten willen kopen
A
Vraag
B
Omzet
C
Afzet
D
Aanbod

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De prijs die en winkelier betaalt voor een product dat hij later wil verkopen.
A
Verkoopprijs
B
Prijs
C
Inkoopprijs
D
Vriendenprijsje

Slide 13 - Quiz

Het bedrag dat een winkelier bij de inkoopprijs optelt zodat hij zijn product voor meer geld verkoopt.
A
brutowinstopslag
B
winstopslag
C
opslag
D
Brutowinst

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Brutowinstopslag
  • Brutowinstopslag = het verschil tussen de verkoopprijs en de inkoopprijs
  • % van de inkoopprijs

Formule:
  • Inkoopprijs : 100 x ..% = brutowinstopslag

Slide 17 - Slide

De inkoopprijs is € 35,- en de brutowinstopslag is 60%.
Hoeveel wordt de verkoopprijs?


Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Op een dag verkoop je 190 ijsjes en de gemiddelde verkoopprijs is €1,50
Wat is je omzet?


Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Antwoord op vraag A


Slide 23 - Open question

Antwoord op vraag B


Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

JUIST
ONJUIST
De BTW op appels is 9%
Op de meeste producten zit 21% BTW
Op een tablet zit 9% BTW
Voor een overige behoefte betaal je 9% BTW

Slide 27 - Drag question

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Je koopt een lamp voor op je kamer. De verkoopprijs van de lamp is €32. De btw is 21%.

Bereken de consumentenprijs.

Slide 30 - Open question

Slide 31 - Slide

Je hebt een winterjas gekocht. De verkoopprijs van de jas is €785. De btw is 21%.

Bereken de consumentenprijs.

Slide 32 - Open question

Slide 33 - Slide

Je hebt je droomauto gekocht. De verkoopprijs van de auto is €369.950 exclusief btw.

Bereken de consumentenprijs.

Slide 34 - Open question

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Je hebt een Rolls Royce gekocht. De consumentenprijs is €392.488 (inc. btw 21%).

Bereken de verkoopprijs (exc. Btw)

Slide 38 - Open question

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Hoe bereken we de nettowinst?
A
Omzet - bedrijfskosten = nettowinst
B
Omzet - inkoopkosten = nettowinst
C
Brutowinst - bedrijfskosten = nettowinst
D
Brutowinst - inkoopkosten = nettowinst

Slide 43 - Quiz

Brutowinst=
A
Brutowinst-inkoopwaarde
B
Omzet-bedrijfskosten
C
Brutowinst-inkoopwaarde
D
Omzet-inkoopwaarde

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Slide