30-5 grammar some any

What are we going to do today?
- Today's goals
- Recap meervoud
- Grammar some/any
-exercises check
- Countries/culture
- What have you learned this lesson?

1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

What are we going to do today?
- Today's goals
- Recap meervoud
- Grammar some/any
-exercises check
- Countries/culture
- What have you learned this lesson?

Slide 1 - Slide

Gedragsverwachtingen
- Tijdens de uitleg ben ik stil.
- Ik blijf van anderen en andermans spullen af.
- Ik doe actief mee met de les.
- Ik steek mijn hand op als ik een vraag stel of antwoord wil geven.

Slide 2 - Slide

Lesson goals
- Ik kan woorden correct in het meervoud zetten.
- Ik weet het verschil tussen some en any en kan deze correct in een zin gebruiken.
- Ik kan een stukje vertellen over Australië.

Slide 3 - Slide

Recap meervoud
one bar - two _______

one bus - two ________

one knife - two ____________

one bully - two ________________

Slide 4 - Slide

Uitleg ...

Slide 5 - Slide

Uitleg  ...

Slide 6 - Slide

SOME / ANY

SOME en ANY betekenen beide:

  • enkele
  • wat 
  • een paar
  • geen (in combinatie met NOT)
                                                                           Ik koop elke dag wat snoep in de kantine.
                                                                     Every day I buy some sweets in the canteen.
                                                           Mijn broer mag geen noten eten, hij is allergisch.
                                                                        My brother can't eat any nuts, he's allergic.


Slide 7 - Slide

SOME / ANY
Some en any hebben dus dezelfde betekenis, 
maar worden in verschillende soorten zinnen gebruikt. 

Some gebruik je in bevestigende zinnen, deze eindigen altijd met een punt of een uitroepteken en er staat geen 'not' in.

Any gebruik je in zinnen met een vraagteken 
en zinnen met het woord 'not' er in.

Slide 8 - Slide

We need some tomatoes.
Do we need any tomatoes?

Slide 9 - Slide

Daffy has some money.
Patrick doesn't have any money.

Slide 10 - Slide

I have ___ apples left.
A
any
B
some

Slide 11 - Quiz

Are there ___ cakes left?
A
any
B
some

Slide 12 - Quiz

He hasn't got ___ time.
A
any
B
some

Slide 13 - Quiz

He has ___ money.
A
some
B
any

Slide 14 - Quiz

Exercises check
Blz. 148 till 151
 oef 31 t/m 35

Slide 15 - Slide

Klaar?
Ga online en oefen de theme words met slim stampen.

Slide 16 - Slide

Reflectie
- Wat hebben we geleerd?
- Hoe kunnen we daar in de toekomst ons voordeel mee doen?

Slide 17 - Slide