Week 26 Woensdag 1B

Donderdag 28 juni
  • Boekpresentaties: Angelica, Chayna en Diaz
  • Verder oefenen: hoofdstuk 1 t/m 5 en extra leerstof
  • Woensdag 4 juli: toets lezen, grammatica en spelling H 1 t/m 5 + extra leerstof


1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Donderdag 28 juni
  • Boekpresentaties: Angelica, Chayna en Diaz
  • Verder oefenen: hoofdstuk 1 t/m 5 en extra leerstof
  • Woensdag 4 juli: toets lezen, grammatica en spelling H 1 t/m 5 + extra leerstof


Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Zie stencil


Slide 2 - Slide

Spel woordsoorten
  • Kaartjes

Slide 3 - Slide

Redekundig ontleden
  • Yvonne heeft Gijs een e-mail gestuurd.


  • Mag ik jullie een bijdrage vragen?


  • Vorig jaar had de directeur de leerlingen een feest beloofd.

Slide 4 - Slide

Wat hoort er op de plek van de puntjes en welke vorm van het werkwoord is het?

Weet je niet wat er gisteren is .... ?
A
gebeurt - persoonsvorm
B
gebeurd- persoonsvorm
C
gebeurt - voltooid deelwoord
D
gebeurd - voltooid deelwoord

Slide 5 - Quiz

Wat hoort er op de plek van de puntjes en welke vorm van het werkwoord is het?

Ik weet niet of hij die vraag morgen wel ..... .
A
beantwoord- persoonsvorm
B
beantwoordt- persoonsvorm
C
beantwoord - voltooid deelwoord
D
beantwoordt - voltooid deelwoord

Slide 6 - Quiz

Wat hoort er op de plek van de puntjes?

Mark en Katie .... mij vroeger, maar nu gelukkig niet meer.
A
peste
B
pesten
C
pestte
D
pestten

Slide 7 - Quiz

Wat hoort er op de plek van de puntjes?

.... je broer aanstaande vrijdag gebeld?
A
Werd
B
Word
C
Wordt
D
wordt

Slide 8 - Quiz

Als of dan?

Ik ben veel beter in wiskunde .... hij!
A
als
B
dan

Slide 9 - Quiz

Als of dan?

Het is hier anders ... op mijn vorige school.
A
als
B
dan

Slide 10 - Quiz

Als of dan?

Deze school is twee keer zo groot ... mijn vorige school.
A
als
B
dan

Slide 11 - Quiz

In welke zin zijn de hoofdletters en leestekens juist geplaatst?


A
Woon jij in Den helder of in Schagen?
B
Woon jij in Den Helder of in Schagen.
C
Woon jij in Den Helder of in Schagen?
D
Woon jij in Den helder of in Schagen.

Slide 12 - Quiz

In welke zin zijn de hoofdletters en leestekens juist geplaatst?


A
'S avonds ga ik laat naar bed, want ik kijk altijd eerst netflix.
B
'S avonds ga ik laat naar bed, want ik kijk altijd eerst Netflix.
C
's Avonds ga ik laat naar bed, want ik kijk altijd eerst netflix.
D
's Avonds ga ik laat naar bed, want ik kijk altijd eerst Netflix.

Slide 13 - Quiz

Welke meervoudsvorm is goed gespeld?


A
Lollys
B
Lolly's
C
Lollies
D
Lolliën

Slide 14 - Quiz

Welke meervoudsvorm is goed gespeld?


A
Portiers
B
Portier's
C
Portieren

Slide 15 - Quiz

Welke meervoudsvorm is goed gespeld?


A
slimmeriks
B
slimmeriken
C
slimmerikken

Slide 16 - Quiz

Gebiedende wijs
  • Gebieden = bevelen, opdracht geven, commanderen

Slide 17 - Slide

Gebiedende wijs
  • Zin met een bevel/opdracht en zonder onderwerp
  • De zin begint met een pv die gelijk is aan de ik-vorm
  • Leg je pen neer!
  • Word toch volwassen!
  • Doe de deur dicht!

Slide 18 - Slide

Zelfstandig werken
  • Wat?              Maken: les 7 extra lesstof (boekje af)
  • Hoe?              Zelfstandig, zachtjes overleggen mag,

                                muziek luisteren mag  ook.

  • Hulp?             Buurman of -vrouw, docent
  • Tijd?               Tot 13.58 uur
  • Resultaat?   Opdrachten netjes in mapje
  • Klaar?             Goed doorlezen: paragraaf 2, 4 en 5 van hoofdstuk 1 t/m 5

Slide 19 - Slide