4H §4.3 Hoofdvraag Laat je werk zien IJsselmeer + ZW delta

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

4Hak4 §4.3 Hoofdvraag antwoorden verzamelen

• Opgaven en bronnen in deze LessonUp. 
• Atlas en opgavenboek erbij is handig. 
• LessonUp voor de antwoorden is met je gedeeld (via klascode inloggen: qwfcl )
• Schrijf je antwoorden in je schrift + antwoorden fotograferen en in deze LessonUp zetten / typen in deze LessonUp
• Samen nakijken

Dit is vraag a van de hoofdvraag van §4.3

IJsselmeergebied

rivieren en getijden

Zuidwestelijke Delta

Friesland

Zeeuws-Vlaanderen

Zuiderzeeproject

februari 1953

Veerse Meer

piekafvoer

Markermeer

klimaatsverandering

spuien

springvloed

Deltaplan

Het IJsselmeer wordt door 4 provincies begrensd

1. Klopt
2. Welnee

De Zuidwestelijke delta omvat twee provincies

1. Klopt
2. Welnee

Het IJsselmeer wordt beschermd met een primaire dam.

1. Klopt
2. Welnee

De meeste eilanden van de Zuidwestelijke delta liggen in Zeeland

1. Klopt
2. Welnee

De dijk tussen het IJsselmeer en het Markermeer loopt van Lelystad naar Hoorn

1. Juist
2. Onjuist

c:
Bekijk bron 11. Je ziet de afsluitdijk bij Kornwerderzand. Leg uit waarom bij deze situatie gespuid kan worden. Je uitleg bestaat uit een oorzaak-gevolgrelatie.

Het water in het IJsselmeer staat nu hoger dan het water in de Waddenzee omdat het daar nu eb is (oorzaak). Op dit moment kunnen de spuisluizen open om zo het IJsselmeerwater op de 

Waddenzee te spuien (gevolg).

d

De Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg en de Stormvloedkering in de Oosterschelde worden gesloten. De Maeslantkering kan niet zo lang dicht. De fysisch-geografische reden is, dat het rivierwater in de Nieuwe Waterweg door blijft stormen. Dit water hoopt zich achter de kering op en moet naar zee. De economisch-geografische reden is dat de scheepvaart niet zo lang gestremd kan worden. Bij de Oosterscheldekering mondt geen rivier uit en kan de dam voor langere tijd gesloten blijven.

e

Op mondiaal niveau: Door de klimaatsverandering stijgt de zeespiegel wereldwijd en verandert het neerslagregiem, met veel neerslag in korte tijd. Op fluviaal schaalniveau: De Westerschelde heeft de vorm van een trechter en wordt van west naar oost steeds smaller waardoor bij Antwerpen grote getijdenverschillen ontstaan. Bij piekafvoeren in de bovenloop, een noordwesterstorm in

combinatie met springvloed, loopt de stad door het opstuwende water het risico te overstromen.

Zet hier je 3-regelsamenvatting neer van §4.3