SP PA1 P1 herhaling 23-24

1 / 34
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

timer
5:00
¡Hola!

Slide 2 - Slide

Objetivos de hoy
  • ESTAR/SER (zijn)
  • Lidwoorden
  • Mannelijke/vrouwelijke woorden

Eind van de les kan jij...
...schatten wat je goed begrijpt en wat je niet goed begrijpt.

Slide 3 - Slide

¡Hablemos!
¿Cómo te llamas? Me llamo ...
¿De dónde eres? Soy ...
¿Qué lenguas hablas? Hablo ...(holandés, 
berber, árabe, turco, francés, papiamento...)
¿Dónde vives? Vivo en ...
¿Dónde estás? Estoy en ...
¿Quién es tu amiga/amigo? Ella es (ze is)/El es (hij is)...
¿Cómo? Hoe?
¿Dónde? Waar?
¿Qué? Wat?
¿Quién? Wie

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat is het meervoud van...?
chica

Slide 7 - Open question

Wat is het meervoud van...?
holandés

Slide 8 - Open question

Wat is het meervoud van...?
participante

Slide 9 - Open question

Wat is het meervoud van...?
simpática

Slide 10 - Open question

Wat is het meervoud van...?
ciudad

Slide 11 - Open question

Het juiste lidwoord voor PISCINA is...
timer
0:45
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 12 - Quiz

Het juiste lidwoord voor HIJA is...
timer
0:30
A
LA
B
EL
C
LAS
D
LOS

Slide 13 - Quiz

Zet in het meervoud:
El amigo español
timer
2:00

Slide 14 - Open question

Zet in het meervoud:
La tienda roja
timer
2:00

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Ella ... turca.
A
es
B
está

Slide 18 - Quiz

Ella ... en la piscina.
A
es
B
está

Slide 19 - Quiz

Bart ... holandés.
A
es
B
está

Slide 20 - Quiz

Bart ... en el camping.
A
es
B
está

Slide 21 - Quiz

La piscina ... en el camping.
A
es
B
está

Slide 22 - Quiz

Yo ... marroquí.
A
soy
B
estoy

Slide 23 - Quiz

Yo ... en el local 308.
A
soy
B
estoy

Slide 24 - Quiz

¿Dónde está ...? Waar is...?
Está... = Het is
enfrente = tegenover
al lado = naast
cerca = dicht bij
lejos = ver
aquí = hier
allí = daar

¿Qué hay...? = Wat is er...?
Hay... = Er is/Er zijn

Slide 25 - Slide

Is de zin juist of onjuist?
Yo soy en el supermercado
Juist
Onjuist

Slide 26 - Poll

Is de zin juist of onjuist?
Ella está española
Juist
Onjuist

Slide 27 - Poll

Is de zin juist of onjuist?
El es inteligente
Juist
Onjuist

Slide 28 - Poll

¡A trabajar!

Op papier:
- Maak 5 zinnen die te maken hebben met de situatie in de afbeelding.
- Gebruik HAY (Er is/Er zijn), SER (zijn), ESTAR (zijn, om locatie door te geven.
- Werk in tweetal.
- Inleveren eind van de les!

Slide 29 - Slide

¿Dónde está tu casa?

Slide 30 - Open question

¿Dónde está el snackbar 't Hoekje?
timer
2:00

Slide 31 - Open question

¿De dónde eres?
timer
2:00

Slide 32 - Open question

Ik begrijp alles! Ik kan het PW aan!
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

¡Buen trabajo!
¡Suerte!

Slide 34 - Slide