1.Noteer twee voorbeelden van economische discontinuïteit bij de overgang van de oudheid naar de middeleeuwen.
2.Noteer één voorbeeld van bestuurlijke discontinuïteit bij de overgang van de oudheid naar de middeleeuwen.
3.Noteer één voorbeeld van religieuze continuïteit bij de overgang van de oudheid naar de middeleeuwen.
4. Denk je dat verandering (meestal) geleidelijk of spontaan verloopt?