les 7.2 Sociale zekerheid

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2,3

Paragraaf 7.2

     Sociale zekerheid

0

Sociale zekerheid?

Nederland -> is een verzorgingsstaat

• Er zijn allerlei voorzieningen  die ervoor zorgen dat er voor alle inwoners een inkomen, gezondheidszorg, huisvesting en onderwijs is.

• Sociale zekerheid
  

• Inkomen onder sociaal minimum?
  
• dan(Aanvullende) uitkering

• Toeslagen (zorg-, huur-)
• Basis- en voortgezet onderwijs is (bijna) gratis

Solidariteitsbeginsel:

• iedereen met een inkomen moet daarvan een deel afstaan voor mensen zonder inkomen of met een laag inkomen

• Stelsel van sociale zekerheid
  
• inkomenssteun (bijvoorbeeld huur- en zorgtoeslag)

Brutoloon <-> Nettoloon

• Brutoloon: Het loon waarop nog niets is ingehouden.

Van het brutoloon gaat er loonbelasting (voor de sociale voorzieningen) en premies (voor de sociale verzekeringen) vanaf. 

• Nettoloon: Het loon dat je ontvangt op je bankrekening        dit is na inhouding van loonbelasting en social premies

Sociale verzekeringen voor alle mensen die in loondienst werken of gewerkt hebben

Betaald uit premies (percentage van het inkomen)

Sociale verzekeringen waar alle inwoners van ons land recht op hebben

Uitkeringen die de overheid betaald met geld uit belastinginkomsten

Uitgangspunt: solidariteitsbeginsel

ANW

Kinderbijslag

Huiswerk

Doornemen 6.2

maken de opdrachten

Welk begrip hoort NIET bij sociale zekerheid?

1. Huurtoeslag
2. Sociale media
3. Sociale premies
4. WW-uitkering

Het geld voor de sociale zekerheid krijgt de overheid via:

1. inkomstenbelasting
2. sociale premies
3. btw
4. accijns

Wat hoort NIET bij het begrip 'verzorgingsstaat'?

1. Sociale zekerheid
2. Economische groei
3. Onderwijs
4. Gezondheidszorg

Mensen met een inkomen helpen mensen zonder inkomen

1. fusie
2. kartel
3. sociale zekerheid
4. solidariteitsbeginsel

Het brutoloon krijg je uitbetaald

1. dit is juist
2. dit is onjuist

Brutoloon is lager dan nettoloon

1. Juist
2. Onjuist

Wel

Niet

Collectieve voorzieningen zijn voor iedereen bedoeld.

De overheid moet met collectieve voorzieningen winst maken.

De brandweer is een voorbeeld van een collectieve voorziening.

Voor collectieve voorzieningen hoef je nooit te betalen.

De supermarkt is een voorbeeld van een collectieve voorziening.

3 goed = 2 punten

2 goed = 1 punt

1 goed = 0 punten

WW staat voor

1. Werkloosheidswet
2. Werkgelegeheidswet
3. Wet werk
4. Wezenwet

Een ww uitkering wordt betaalt uit de

1. btw
2. accijns
3. sociale premies
4. inkomstenbelasting

Alleen werkende hebben recht op bijstand

1. Waar
2. Niet waar

Hoe noem je het door de overheid vastgestelde minimumbedrag dat je nodig hebt om van te leven?

1. Bijstand
2. Huurtoeslag
3. Sociaal minimum
4. Volksverzekering

Hoe hoog denk je dat de bijstand (sociaal minimum) in Nederland ongeveer is voor een alleenstaande?

1. € 200 per maand
2. € 1200 per maand
3. € 2000 per maand
4. € 500 per maand

Sociale zekerheid

Volksverzekeringen

Werknemersverzekeringen

voorbeelden:

voorbeelden:

voorbeelden:

Sociale verzekeringen

Sociale voorzieningen

WW 

WIA 

AOW

ANW

kinderbijslag

bijstand