Par. 3.3 Politiek en samenleving

Leerdoelen opschrijven
4. Wie zijn de socialisten en wat zijn hun idealen?
5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?








timer
2:00
1. Wat is het kapitalisme?
2. Hoe waren de leef- en werkomstandigheden van de arbeiders?
3. Wat was de sociale kwestie?
1 / 36
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoelen opschrijven
4. Wie zijn de socialisten en wat zijn hun idealen?
5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?








timer
2:00
1. Wat is het kapitalisme?
2. Hoe waren de leef- en werkomstandigheden van de arbeiders?
3. Wat was de sociale kwestie?

Slide 1 - Slide

Leerdoelen opschrijven
6. Welke politieke stromingen  waren er in de 19e eeuw?
7. Wat veranderde er in het onderwijs?
8. Wat is het feminisme?
9. Hoe werd de positie van vrouwen verbeterd?
10. Wat is continuïteit en verandering?
timer
3:00
1. Wat is het kapitalisme?
2. Hoe waren de leef- en werkomstandigheden van de arbeiders?
3. Wat was de sociale kwestie?
4. Wie zijn de socialisten en zijn hun idealen?
5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?


Slide 2 - Slide





04/11 Par. 3.1 Industrie en samenleving
07/11 Par. 3.1 Industrie en samenleving
11-14/11 GEEN GS LES
18/11 Par. 3.1 Industrie en samenleving
21/11 Par. 3.2 Democratie in Nederland
25/11 Par. 3.2 Democratie in Nederland
28/11 Par. 3.2 Democratie in Nederland
02/12 SO par. 3.1 en 3.2
05/12 -
09/12 Par. 3.3 Politiek en samenleving
12/12  Par. 3.3 Politiek en samenleving
16/12  Par. 3.3 Politiek en samenleving
19/12 Par. 3.4 Westerse wereldrijken
Kerstvakantie




06/01 Par. 3.4 Westerse wereldrijken
08/01 Par. 3.4 Westerse wereldrijken
13/01 Herhalen
TOETSWEEK 2
TOETSWEEK P2
HOOFDSTUK 3
Studiewijzer

Slide 3 - Slide

Programma
1. Uitleg par. 3.3
2. Leerdoelen bespreken
3. Opdrachten maken en bespreken
4. Afsluiten

Slide 4 - Slide

Kapitalisme
Een systeem waarbij het draait om:

  • Winst
  • Privébezit
  • Concurrentie

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Fabrieksbaas wilden zo veel mogelijk winst maken:
  • Goederen met lage kosten maken
  • Kinderarbeid toegestaan
  • Fabriek moest rendabel zijn
  • Ontslag bij staken
  • Arbeiders zijn verantwoordelijk voor wat er in de fabriek gebeurd.

Maar...
- Staking
- Risico op faillissement

Slide 7 - Slide

Wie helpt de armen?
In de steden...
  • Gebrek aan woonruimte = overbevolkte verkrotten huizen.
  • Huizen: dicht op elkaar, vochtig, weinig ruimte, weinig privacy. 
  • Straten: modderig en vies, geen riolering, geen zuiver drinkwater.
  • Gevolg voor het gezondheid: besmettelijke ziektes (cholera, tuberculose) en epidemieën. 

Armoede en kinderarbeid waren er altijd geweest, maar tijdens de industrialisatie viel de ellende meer op doordat meer burgers welwarend werden en in de steden grote arbeiderswijken ontstonden. 

Slide 8 - Slide

Wie helpt de armen? 
In de fabrieken...


  • Slechte werkomstandigheden
  • Lage lonen (armoede)
  • Ziek/ongeluk --> geen uitkering/geen geld
  • Kinderarbeid noodzakelijk om rond te komen.


Slide 9 - Slide

De sociale kwestie

Door wie en hoe moesten de arbeiders hulp krijgen? = SOCIALE KWESTIE (discussie)

Naam voor het probleem van de slechte werk- en leefomstandigheden van de arbeiders. 

Slide 10 - Slide

Vorige les...
  • Het kapitalisme
  • Fabrieksbaas wilden zo veel mogelijk winst maken. 
  • De leef- en werkomstandigheden van arbeiders waren erg slecht
  • Socialie kwestie


Slide 11 - Slide

4. Wie zijn de socialisten en wat zijn hun idealen?
5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?
Socialisten zetten zich in voor arbeiders en willen een overheid die hun helpt.
Punten waar de socialisten zich voor inzetten:
  • Algemeen kiesrecht
  • Betere leef- en werkomstandigheden
Omdat Nederlan censuskiesrecht had en arme mannen mochten niet stemmen. Hoe kunnen de arbeiders hun situatie via politiek verbeteren als ze niet kunnen stemmen?

Slide 12 - Slide

5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?
De samenleving is verdeeld in klasse. De arbeidersklassen werden uitgebuit door de bezittende klasse: de fabriekseigenaren. 




Slide 13 - Slide

Socialistische denkbeeld (socialisme) (2)
Twee typen socialisten:
De gematigde (streven naar geleidelijke veranderingen via de politiek).
Radicalen

Slide 14 - Slide

Sociale Wetten
  • Kinderwetje van Samuel van Houten (kinderen onder de 12 mochten niet meer werken in werkplaatsen en fabrieken). 

  • Woningwet: mensen met een laag inkomen zouden een fatsoenlijke (daglicht, schoonwater) woning kunnen huren. 

  • Veiligheidswet: regels voor de veiligheid in de fabrieken.
Kinderarbei verdween pas met het leerplicht van 1901. 
5. Hoe streefden de socialisten naar gelijkheid?

Slide 15 - Slide

Vorige les...
  • Het socialisme: de samenleving is verdeeld is klassen. Opkomen voor de arbeiders. 
  • Socialisten: gematigde en radicalen. 
  • Sociale wetten: Kinderwetje, Woningwet en Veiligheidswet. 


Slide 16 - Slide

De grondwet van 1848
- NL krijgt een parlementair stelsel: het parlement (1e +2e kamer) heeft de hoogste macht. Het parlement controleert de regering
- Koning is alleen staatshoofd en onschendbaar.
- Minister-president wordt regeringsleider.
- Tweede Kamer wordt gekozen door burgers en Eerste Kamer door Provinciale Staten.
- Vrijheid van vergadering en ONDERWIJS

Slide 17 - Slide

Politieke stromingen
- Liberalen
- Socialisten
- Katholieken     (confessionelen)
- Protestanten   (confessionelen)

Slide 18 - Slide

Openbare en bijzondere scholen
Openbare scholen:
  • Door de overheid gestichte scholen.
  • Kregen subsidie van de overheid.
  • Kinderen moeten logisch leren denken. 
Bijzondere scholen:
  • Niet door de overheid gestichte scholen
  • Katholieken en protestanten stichtten deze bijzondere scholen om ook godsdienst op school te mogen geven. 
  • Krijgen geen subsidie van de overheid... maar dat willen ze wel!!!
6. Wat veranderde er in het onderwijs?

Slide 19 - Slide

Abraham Kuyper & onderwijs
Abraham Kuyper verzette zich tegen de invloed van de liberalen op het onderwijs.

Oprichter van de ARP (Antirevolutionaire Partij, de eerste politieke partij van Nederland, 1879)

Kuyper wilde dat bijzondere scholen, net als openbare scholen, geld van de overheid kregen. 
Een politieke partij is een organisatie die vanuit bepaalde ideeën probeert invloed te hebben op het bestuur van het land. 

Slide 20 - Slide

Schoolstrijd
De confessionelen werden steeds groter. 

Bijzondere scholen worden vanaf 1917 door de overheid betaald, net als de openbare scholen. 
6. Wat veranderde er in het onderwijs?

Slide 21 - Slide


De positie van vrouwen

  • Vrouwen begonnen omstreeks 1870 te verzetten tegen discriminatie
  • Ze eisten emancipatie: gelijke rechten voor vrouwen en opheffing van de achterstanden. 
  • Wij noemen deze vrouwen feministen. 
  • Betaald wel belasting, maar mogen niet stemmen. Strijden voor  vrouwenkiesrecht. Ze gaan protesteren.
  • 1919: algemeen vrouwenkiesrecht




7. Wat is het feminisme?
8. Hoe werd de positie van vrouwen verbeterd?

Slide 22 - Slide

Aletta Jacobs
  • Eerste vrouw in Nederland die afstudeert
  •  Arts
  • Voorbehoedsmiddel voor vrouwen.
  • Strijd voor algemene kiesrecht

Slide 23 - Slide

Historische vaardigheden
Continuïteit: iets dat in de loop van de tijd niet of nauwelijks zijn veranderd.

Verandering: iets dat anders is. Er zijn langzame en een snelle veranderingen.

Slide 24 - Slide

Leerdoelen antwoorden, schrijf een verhaal!!!

6. Welke politieke stromingen waren er in de 19e eeuw?
7. Wat veranderde er in het onderwijs?
8. Wat is het feminisme?
9. Hoe werd de positie van vrouwen verbeterd?
10. Wat is continuïteit en verandering?

Slide 25 - Slide

Opdrachten maken en bespreken 2mhs
Werkboek blz. 52-53 opdrachten 6, 7, 8 en 9

15 minuten
Zelfstandig en in stilte. 
Eerder klaar? Antwoord de leerdoelen en leer de begrippen uit je hoofd.
timer
15:00

Slide 26 - Slide

Opdrachten maken en bespreken 2mh2
Werkboek blz. 52-53 opdrachten 5, 6, 7, 8 en 9

15 minuten
Zelfstandig en in stilte. 
Eerder klaar? Antwoord de leerdoelen en leer de begrippen uit je hoofd.
timer
5:00

Slide 27 - Slide

SO bespreken
Naar het leerplein leren voor de SO:
2mh2: Vienna
2mhs: Luca en Nayomi

Slide 28 - Slide

Afgelopen weken...
  • De liberalen
  • De sociale kwestie
  • De grondwet van 1848
  • Het socialisme
  • Confessionelen
  • De schoolstrijd
  • Feminisme 
  • Aletta Jacobs

Slide 29 - Slide

Spotprent opdracht
Voor deze opdracht gaan jullie in tweetallen werken. Je maakt een spotprent. Je mag uit één van deze onderwerpen kiezen die hiernaast  staan. 

STAP 1: Kies het onderwerp. Jullie zijn in staat om voor
de klas te vertellen waarom jullie dit onderwerp 
hebben gekozen. 
De liberalen
De sociale kwestie
De grondwet van 1848
Het socialisme
Confessionelen
De schoolstrijd
Feminisme
Aletta Jacobs

Slide 30 - Slide

Stap 2
Bij stap 1 hebben jullie keuze gemaakt. Nu schrijf je in minimaal 40 woorden wat je wilt bereiken met de door jouw gemaakte spotprent. Benoem het thema specifiek wat jullie precies uitwerken en de wijze erop. Vervolgens geven jullie aan waar de “spot” is in jullie spotprent. 

Slide 31 - Slide

Stap 3
Nu ga je aan de slag bij het maken van jullie spotprent. Schets eerst met potlood je ontwerp en daarna kan er in kleur worden uitgewerkt. Laat je werk tussentijds controleren door de docent voor feedback.

Slide 32 - Slide

Stap 4
Als jullie spotprent af is geven jullie gezamenlijke presentatie over de spotprent. Gebruik de onderdelen 1 en 2 voor jullie presentatie. 
Jullie zorgen ervoor dat alles goed en gestructureerd uitgelegd wordt.

AAN DE SLAG!

Slide 33 - Slide

Groepjes en onderwerp

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

Slide 36 - Video