Lesson 3.6: PWW bespreken

 Today
  • Discuss PWW1
  • Check homework exercises
  • Work on homework exercises
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 Today
  • Discuss PWW1
  • Check homework exercises
  • Work on homework exercises

Slide 1 - Slide

Discuss PW unit 2

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
1. We hebben geluk dat we vandaag tickets kunnen winnen. 

   We are lucky that we can win tickets today.   

  

Slide 4 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
2.  Zou je ons kunnen vertellen of we vanavond jouw telefoontje
      kunnen verwachten?

      Could you tell us if we can expect your (phone) call tonight

  

Slide 5 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
3. Ik heb niet genoeg tijd om in de rij te staan dus ik ga mijn
    boodschappen(=grocery) later kopen.

    I haven’t got enough time to queue so I’m going to buy my
    groceries later. 

  

Slide 6 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
4. Kijk! Die luie kinderen in het klaslokaal (=classroom) maken het
     huiswerk niet. 

    Look! Those lazy children/kids aren’t doing the homework in
    the 
classroom. 

  


Slide 7 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
5. Mijn vrienden nodigen me elke week uit voor dure feestjes. 

    My friends invite me for expensive parties every week. 

  

Slide 8 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
6. Ik geef nu veel geld uit aan(=on) gekke cadeautjes voor die
     broers van mij.   

   I’m spending much money on weird presents/gifts for those
   brothers of mine now

  


Slide 9 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
7.  Gaan deze mannen die informatie niet met hun vrouwen delen? 

 Aren’t these men going to share that information with their wives

  

Slide 10 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
8. We zouden dinsdag 12 maart naar Londen kunnen gaan. Is dat
     geen geweldig idee?

    We could go to London on Tuesday the twelfth of March.
    Isn’t that an amazing idea? 

  

Slide 11 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
9. Op het moment kijkt onze docent die toetsen niet na. Hij gaat
     dat morgen doen! 

   Our teacher isn’t checking those tests at the moment. He is
   going to do that tomorrow. 

  


Slide 12 - Slide

Translate the sentence
max. 2,5 fouten per zin
10. Het is de negende keer dat de leerlingen te laat zijn! Hebben ze
       geen horloge?

       It is the ninth time that the students are (too) late. Haven’t
       they got a watch? 

  


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Check homework 
Vertaalzinnen
SOM

Slide 17 - Slide

Check homework 
Exercise 16
page 103

Slide 18 - Slide

Study: Vocabulary 3.3 (page 180)
Do: Exercise 27 (page 110)

Monday the 9th of December

Slide 19 - Slide