CLASE 3 H-JUEVES 21-3-24

• Spaans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

CLASE 3 H-JUEVES 21-3-24

SO 3 

1) Vocabulario: Heb je nodig voor de werkwoorden en omschrijvingen

2) Een omschrijving geven van jezelf hoe je eruit ziet. Denk aan: kleur haar, ogen, bril, lang/klein etc.

Werkwoorden om jezelf te beschrijven: ZIJN, DRAGEN, HEBBEN

3) Werkwoorden vervoegen in de presente met een klinkerwisseling klinkerwisseling.

Grupos de verbos irregulares E-IE/ E-I/ O-UE/ GO

BEGINTAAK

Escribe 2 frases (zinnen) para:

Jezelf qua uiterlijk te beschrijven.

Jezelf qua karakter te beschrijven.

2024

LESDOELEN

Je kunt iemands uiterlijk en karakter beschrijven.

Je kunt vertellen welke kleding stijl je hebt.

SUCCESCRITERIA

Je kent minimaal 3 woorden om iemands uiterlijk en 3 woorden om iemands karakter te kunnen beschrijven.

Je kent de werkwoorden die nodig zijn om uiterlijk en karakter van iemand/jezelf te beschrijven.

Je leert minimaal 4 woorden om kleiding in het Spaans te benoemen.

TUSSENTAAK

TB PG. 28/29

¿DE QUÉ TRATA EL TEXTO DE LA PÁGINA 28?

¿QUÉ SIGNIFICA 'CONSEJOS'?

¿DE QUÉ TRATA EL TEXTO DE LA PÁGINA 29?

Waar kom je achter als je de test maakt?

WB PG. 94 EJ. 8B,C,D,E

REPASAMOS LOS VERBOS

WB PG. 109 EJ. 26 B

WB PG. 94/95  EJ. 8 E-F

• ¿CÓMO ERES SEGÚN EL TEST? 
• ¿VAS A LA MODA? 
• ¿QUÉ ROPA (NO) TE GUSTA?

WB PG. 95

9A

9B

¿QUÉ ESTILO DE ROPA TE GUSTA?

ME VISTO....

VOY SIEMPRE VESTIDO/A...

ME GUSTA LA ROPA....

ME GUSTA COMBINAR...

LLEVO ROPA....

(NO) TENGO ESTILO....

A LA MODA

COLORES

PROPIO

A MI MANERA

BARATA

DEPORTIVA

DE MARCA

HAZ COMBINACIONES
(hay diferentes posibilidades)

¿QUÉ ESTILO DE ROPA TE GUSTA?

PRÓXIMA CLASE

TB PG. 30

REPASAMOS

WB PG. 98 EJERCICIOS:

13 A/B/C

TB PG. 28/29

Mira los subtítulos del texto.

¿Qué pasa? 
Wat val je op? 

 TB PG. 33

PRACTICAMOS

WB PG. 110 EJ. 27 A

WB PG. 11 EJ. 27 B

WB PG. 11 EJ. 28 A/B/C

PRACTICA ON TU COMPAÑERO/A