beweging

Naadverbinding
Vergroeid
Gewricht
Kraakbeen
Veel beweging
Geen beweging
Beetje beweging
Geen beweging
1 / 30
next
Slide 1: Drag question
Middelbare school

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Naadverbinding
Vergroeid
Gewricht
Kraakbeen
Veel beweging
Geen beweging
Beetje beweging
Geen beweging

Slide 1 - Drag question

Beweging ontstaat doordat .... 1 .... kunnen samentrekken.

.... 2 .... kunnen niet samentrekken, maar zorgen voor verbinding met het bot.
A
1: spieren 2: spieren
B
1: pezen 2: pezen
C
1: pezen 2: spieren
D
1: spieren 2: pezen

Slide 2 - Quiz

Welke functies heeft ons skelet?
A
vormgeven, bescherming, stevigheid
B
vormgeven, stevigheid, beweging
C
beweging, vormgeven,stevigheid,bescherming

Slide 3 - Quiz

Welk onderdeel van het gewricht zorgt voor een soepele beweging?
A
Kraakbeenlaagje
B
Gewrichtskapsel
C
Gewrichtssmeer
D
Gewrichtskom

Slide 4 - Quiz

Wat is zijn antagonisten, kies het beste antwoord.
A
Spieren die een tegengestelde beweging mogelijk maken
B
Spieren die een opgaande beweging mogelijk maken
C
Spieren die elkaar tegenwerken
D
Spieren die een beweging tegenhouden

Slide 5 - Quiz

Welke functies heeft ons skelet?
A
Vormgeven, bescherming en stevigheid
B
Vormgeven, stevigheid en beweging
C
Beweging, vormgeven, stevigheid en bescherming

Slide 6 - Quiz

Bij welke gewricht is er de meeste beweging mogelijk?
A
Kogelgewricht
B
Rolgewricht
C
Scharniergewricht
D
Draaigewricht

Slide 7 - Quiz

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit ongeveer uit...?
A
500 botten
B
206 botten
C
350 botten
D
150 botten

Slide 8 - Quiz

Uit welke delen bestaat het skelet?
A
schedel en ledematen en armen
B
romp, ledematen en armen en benen
C
schedel,romp, ledematen
D
schedel,romp,ledematen en armen en benen

Slide 9 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van groot naar klein
A
Spieren spiercellen spierstelsel
B
Spierstelsel Spieren Spiercellen
C
Spiercellen spieren spierstelsel

Slide 10 - Quiz

Wat is zijn antagonisten, kies het beste antwoord.
A
Spieren die een tegengestelde beweging mogelijk maken
B
Spieren die jouw arm bewegen.
C
Spieren die altijd doorwerken
D
Spieren die verkrampen

Slide 11 - Quiz

Beweging ontstaat doordat .... 1 .... kunnen samentrekken.

.... 2 .... kunnen niet samentrekken, maar zorgen voor verbinding met het bot.
A
1: spieren 2: spieren
B
1: pezen 2: pezen
C
1: pezen 2: spieren
D
1: spieren 2: pezen

Slide 12 - Quiz

Onze botten zijn verbonden met elkaar door..
A
Kraakbeen
B
Gewrichten
C
Zowel kraakbeen als gewrichten
D
Alles is onjuist

Slide 13 - Quiz

waar zit kraakbeen?
A
tussen alle botten
B
tussen alle gewrichten
C
puntje v.d. neus, oren, en tussen alle botten
D
puntje v.d. neus, oren en tussen alle gewrichten

Slide 14 - Quiz

Hoe zitten de wervels aan elkaar vast?
A
naad
B
gewrichten
C
kraakbeen
D
vergroeid

Slide 15 - Quiz

Hoe zitten de armen vast aan de schouder?
A
gewrichten
B
naden
C
kraakbeen
D
vergroeid

Slide 16 - Quiz

Geef een voorbeeld van antagonistische spieren....

Slide 17 - Open question

Weet je de 4 functies van het skelet nog?
( Denk aan de 4 plaatjes)

Slide 18 - Open question

Als je de vorm en functie van een hand van een mol en een walvis met elkaar vergelijkt zie je grote verschillen.
Wat is het verschil in vorm van de handen?

Slide 19 - Open question

Kraakbeen
Naadverbinding
Gewricht
Vergroeid
5. tussen de wervels
10. tussen de botten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11

Slide 20 - Drag question

Houdt de botten bij elkaar en maakt gewrichtssmeer
Geeft extra versteviging 
Dit draait in de gewrichtskom
Voorkomt dat botten slijten.
Hierin draait de gewrichtsknobbel
Gewrichtsknobbel
Gewrichtskapsel
gewrichtsbanden
gewrichtssmeer
kraakbeen
Gewrichtskom

Slide 21 - Drag question

Naadverbinding
Vergroeid
Gewricht
Kraakbeen
Veel beweging
Geen beweging
Beetje beweging
Geen beweging

Slide 22 - Drag question

Waaruit bestaan botten?
A
lijmstof
B
kraakbeen
C
kalk en kraakbeen
D
kalk en lijmstof

Slide 23 - Quiz

botten in je schedel zijn
A
naadverbindingen
B
vergroeiingen
C
kraakbeen
D
gewricht

Slide 24 - Quiz

In het puntje van je neus zit
A
Been
B
Kraakbeen

Slide 25 - Quiz


Verbinding ribben - borstbeen

A
Kraakbeen verbinding een beetje beweging mogelijk
B
Gewricht een beetje beweging mogelijk
C
Kraakbeen verbinding veel beweging mogelijk
D
Gewricht veel beweging mogelijk

Slide 26 - Quiz

Hoe zit het staartbeen vast aan het heiligbeen?
A
naden
B
vergroeid
C
kraakbeen
D
gewrichten

Slide 27 - Quiz

welke stof beschermt onze botten tegen slijtage?
A
lijmstof
B
kalk
C
kraakbeen

Slide 28 - Quiz

Hoe zitten de armen vast aan de schouder?
A
Gewrichten
B
Naden
C
Kraakbeen
D
Vergroeid

Slide 29 - Quiz

Hoe zitten de botjes van de vingers aan elkaar vast?
A
Naden
B
Kraakbeen
C
Vergroeid
D
Gewrichten

Slide 30 - Quiz